Frankrijk eert niet Napoleon, wel de Gaulle - Tim Trachet

Zoals bekend doet Frankrijk op deze 18e juni niet mee aan de herdenkingen van de Slag bij Waterloo. De reden lijkt evident. Welk land herdenkt nu zijn nederlagen? Maar er is nog een andere reden.
analyse
Analyse

18 juni is in Frankrijk een nationale gedenkdag, maar niet voor de nederlaag van Napoleon, maar voor de oproep van generaal de Gaulle om de nederlaag niet te aanvaarden en de strijd voort te zetten. De strijd tegen nazi-Duitsland in de Tweede Wereldoorlog, wel te verstaan. Dat is nu 75 jaar geleden.

Terwijl de Duitsers op die dag in 1940 Frankrijk onder de voet liepen, hield de toen 49-jarige Charles de Gaulle voor de microfoon van de BBC in Londen een toespraak, waarbij hij zijn landgenoten opriep de strijd voort te zetten aan de zijde van Groot-Brittannië, ook al zou de Franse regering die opgeven. De originele tekst van die toespraak staat op de Werelderfgoedlijst van documenten van de UNESCO. En de Gaulle is in Frankrijk ook bekend als “de man van 18 juni”.

Reynaud tegen Pétain

De toespraak gebeurde op een onwaarschijnlijk dramatisch moment. Al snel na de Duitse aanval in mei 1940, waarbij de Benelux-landen onder de voet werden gelopen, was duidelijk dat de Duitsers de “slag om Frankrijk” zouden winnen. De Franse regering, die midden juni naar Bordeaux uitweek, was hopeloos verdeeld over wat ze zou doen.

Een groep ministers, waaronder premier Paul Reynaud, wilde de strijd voortzetten en zo nodig naar Noord-Afrika uitwijken. Een andere groep, onder leiding van maarschalk Philippe Pétain, vond dat Frankrijk zijn nederlaag moest aanvaarden en er het beste van maken. De ministerraad raakte er niet uit en in de nacht van 16 op 17 juni nam Reynaud ontslag, waarop Pétain meteen een nieuwe regering vormde die een wapenstilstand zou vragen.

Voor Engeland was dit een nachtmerrie. De Britten stonden er alleen voor in de oorlog. Misschien nog erger was dat de Duitsers zouden beschikken over de Franse havens en vliegvelden, waarmee ze niet alleen Groot-Brittannië zelf bedreigden, maar ook alle scheepvaartroutes ernaartoe.

Winston Churchill, die amper een maand eerder eerste minister geworden was, had alles geprobeerd om de Fransen aan zijn zijde te krijgen. Toen hij de Franse regeringswissel vernam, zond hij meteen generaal Spears naar Bordeaux om er een gezaghebbende Franse leider te gaan halen die bereid was de strijd voort te zetten. Daarbij werd in de eerste plaats aan Reynaud gedacht, maar die had er na zijn val geen zin meer in.

Wel gaf Reynaud zijn politieke zegen aan de lange officier die hem zijn ogen had doen openen voor de Duitse militaire dreiging; die zijn onderstaatssecretaris voor Defensie was geweest en kort daarvoor tot generaal was bevorderd: Charles de Gaulle dus. Hij vertrok meteen naar Engeland. Het enige probleem daarbij zou zijn geweest dat de lange generaal maar met moeite in het kleine vliegtuig kon klimmen.

"Een man naar mijn maat"

De Gaulle lijkt er niet aan te hebben getwijfeld dat hij de juiste keuze maakte. Enkele dagen daarvoor was hij al – voor het eerst trouwens – in Londen geweest en had er Churchill ontmoet. Beide mannen konden het meteen goed met elkaar vinden. Volgens Jean Monnet (later bekend als de “vader van Europa”), die ook op de ontmoeting aanwezig was, zou Churchill van de Gaulle hebben gezegd “Het is een man naar mijn maat”. De Gaulle moet er toen van overtuigd zijn geraakt dat Engeland de strijd niet zou opgeven, ook al wierp Frankrijk de handdoek in de ring.

Nog enkele dagen eerder, op 28 mei (nota bene de dag waarop het Belgische leger capituleerde !), had Churchill de Britse regering kunnen overhalen die kordate houding in te nemen. Dat was niet evident, want in de Britse hoge kringen waren er velen die het liever op een akkoord met Hitler wilden gooien, zoals Pétain. Churchill was daar absoluut tegen, en hij kreeg zijn zin. Een van de belangrijkste beslissingen van de hele oorlog.

De Gaulle was op 17 juni nog maar nauwelijks in Londen, of hij vernam dat Pétain een toespraak op de Franse radio had gehouden, waarin de oude maarschalk zei dat “de gevechten moeten ophouden”. Hoewel de strijd in Frankrijk nog volop woedde - de besprekingen over een wapenstilstand moesten nog beginnen- begrepen veel Franse troepen die slag leverden tegen de Duitsers deze woorden als een signaal om de wapens neer te leggen. Hele Franse legereenheden gaven zich zonder slag of stoot over.

In die situatie vroeg de Gaulle aan Churchill om via de Britse radio de Fransen toe te spreken. De volgende dag stond hij daarvoor in de studio van de BBC.

De strijd voortzetten

De toespraak van 18 juni komt hierop neer: de Franse nederlaag was niet definitief. De Fransen konden de strijd voortzetten. Hun oorlogsvloot en hun koloniaal rijk was nog intact. Frankrijk kon een blok vormen met een geweldige Britse imperium, dat de zeeën beheerste, en gebruikmaken van de vrijwel onbeperkte mogelijkheden van de Amerikaanse economie. De Gaulle – net als Churchill – besefte dat dit een wereldoorlog was en dat Duitsland die op termijn niet kon winnen.

De Gaulle moet het historisch belang van zijn toespraak hebben beseft, want tot zijn ergernis bleek die niet te zijn opgenomen. Op 22 juni hield hij opnieuw een radiotoespraak en daarvan is een opname bewaard, maar met een gewijzigde tekst. Deze opgenomen toespraak wordt vaak ten onrechte aanzien als die van 18 juni. Ook de tekst op de beroemde affiche “A tous les Français” die in augustus 1940 werd verspreid, wordt soms verward met die van de oproep van 18 juni.

Slechts weinigen hebben de eerste toespraak gehoord. De Fransen voelden nog geen noodzaak om naar de Engelse radio te luisteren. Slechts één Franse krant vermeldde de oproep. De regering van Pétain zou snel elke verspreiding daarvan verbieden.

Symbool

De oproep had dan ook geen onmiddellijk gevolg in Frankrijk. Pétain sloot een wapenstilstand met Hitler en ging met hem “collaboreren” (het woord werd toen voor het eerst in die betekenis gebruikt). De Gaulle werd als een overloper beschouwd en zelfs bij verstek ter dood veroordeeld.

Maar de oproep werd een symbool voor alle Fransen die later de Gaulle zouden vervoegen en zich de “Vrije Fransen” noemden. En zelfs voor het groeiend verzet tegen de bezetter en de collaboratieregering van Pétain.

Toch had de oproep van 18 juni het niet over verzet tegen een onmenselijke nazi-regime. Voor de militair de Gaulle kwam het er vooral op aan om bij de overwinnaars te behoren. Zoals de tekst op de affiche zegt, zouden de “krachten van het vrije universum” ooit de vijand verpletteren. “Frankrijk moet die dag aanwezig zijn op de overwinning. Dan zal het zijn vrijheid en grootheid herwinnen.”

Dat is de Gaulle nog gelukt ook. Toen hij op 18 juni 1944 -precies vier jaar later- opnieuw de Franse bodem betrad, werd hij overal als een held verwelkomd. Voor de Franse eer was 18 juni 1940 dus belangrijk, maar niet alleen daarvoor.

Grote mogendheid

Ook Churchill vond het belangrijk dat Frankrijk tot het winnende kamp zou behoren. Dat was niet alleen omdat hij een echte francofiel was (hij sprak behoorlijk Frans, was dol op de Franse keuken en bracht zijn vakantie bij voorkeur in Frankrijk door), maar omdat hij als staatsman inzag dat Frankrijk als Europese macht moest blijven bestaan, in het belang van Engeland.

In een latere fase van de oorlog werden de Britse oorlogsinspanningen steeds meer overvleugeld door die van de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie. Groot-Brittannië was binnen de “Grote Drie” duidelijk de zwakste.

Maar toen Frankrijk op het einde werd bevrijd, werd het, vooral dank zij Churchill, vrij snel beschouwd als een volwaardige partner in de eindstrijd. Franse legers deden mee aan de verovering van Duitsland en konden na de overwinning ook een deel van het verslagen Duitsland besturen. Frankrijk mocht zelfs als grote mogendheid een van de permanente leden van de VN-Veiligheidsraad worden. Dat speelde in de kaart van de Britten, die zo niet alleen stonden tegenover de nieuwe supermogendheden.

De aanwezigheid van twee grote West-Europese mogendheden maakte ook West-Europa een stuk sterker. Er ontstond na de oorlog een Brits-Frans bondgenootschap, dat de kern zou worden voor de latere NAVO.

Het is moeilijk te zeggen of 18 juni 1940 een belangrijkere datum was dan 18 juni 1815. Feit is dat 1815 een definitief einde betekende, terwijl 1940 een begin vormde. Hoe dan ook zijn er in Frankrijk veel meer straten en pleinen naar Charles de Gaulle genoemd dan naar Napoleon en is de lange generaal ooit verkozen tot de grootste Fransman.

(Tim Trachet is specialist geschiedenis bij VRT-nieuws.)

Meest gelezen