Is het brugpensioen een regeringscrisis waard? - Fabian Lefevere

In het conflict over het brugpensioen botst de centrumrechtse regering op haar eigen limieten. Ze staat voor een haast onmogelijke keuze: volgt ze het regeerakkoord, dan breekt weer sociale onrust uit. Geeft ze toe aan de bonden, dan ondergraaft ze haar eigen project. Michel I maakt de meest existentiële periode uit haar (voorlopig nog korte) bestaan mee. Maar zijn de brugpensioenen zo’n crisis wel waard?
analyse
Analyse

Politieke ruzies hadden we genoeg in het nabije verleden. Correcter is om te zeggen: de regeringspartners rolden de jongste maanden permanent vechtend over straat. Ditmaal klinkt op het trottoir van de Wetstraat minder kabaal dan gebruikelijk, maar misschien is net dát het onheilspellende. Want premier Michel staat voor het uur van de waarheid, met later deze maand nog een aartsmoeilijke begrotingscontrole op de agenda.

Tot 65 beschikbaar

Wat is het probleem? De regering maakte zich sterk dat ze het systeem van de brugpensioenen – of het SWT, Stelsel Werkloosheid met (bedrijfs)Toeslag – eens en voorgoed zou hervormen. Behalve het aanscherpen van de leeftijdsgrens was ook de activering van de werklozen daarin een cruciale factor. Het plan was iedereen tot zijn of haar 65ste beschikbaar te houden voor de arbeidsmarkt. Zelfs mensen die nu al met brugpensioen zijn.

Dat plan wordt doorkruist door de sociale partners. Werkgevers en bonden stonden de voorbije maanden met getrokken messen tegenover elkaar, maar in dit dossier kwamen ze verbazingwekkend snel tot een akkoord. De bottom line daarvan: wie met Nieuwjaar al met brugpensioen was, wordt met rust gelaten. De nieuwelingen in het systeem hoeven enkel nog passief beschikbaar te zijn: ze hoeven niet zelf actief op zoek naar een job, maar moeten wel op een aanbod ingaan (een aanbod dat er toch niet is).

De bonden hebben een trofee nodig

Voor de bonden was die overwinning bittere noodzaak: deze trofee hadden ze nodig na de verloren discussie over de indexsprong. Zeker om de geloofwaardigheid bij de achterban te vrijwaren, voor wie dit zo mogelijk het allerbelangrijkste dossier is, nog meer zelfs dan een vermogenswinstbelasting of een indexsprong. De contractbreuk van de overheid – zoals de bonden dat zien – lag hun erg zwaar op de maag, en heeft ook wel zware implicaties voor wie erdoor getroffen wordt.

Ook voor de werkgevers was dit een noodzaak, zij het dat ze ook uit pragmatisme hun handtekening onder het akkoord zetten. Zij hebben alle baat bij een soepel systeem van brugpensioen: voor hen is het vaak een relatief makkelijke manier om te herstructureren. Bovendien hadden ze geen zin in een nieuwe confrontatie met de bonden – en alle financiële verlies dat daar onvermijdelijk bij hoort. Waarom zouden ze ook? Er is toch amper werk voor die bruggepensioneerden.

Haaks op het regeerakkoord

Is de kous daarmee af? Verre van. Dit akkoord druist zo hard tegen het regeerakkoord in, dat het haast wel problemen móét opleveren. Die verlopen langs de stilaan geijkte breuklijn door deze Zweedse coalitie. CD&V wil dat de regering de uitkomst van het sociale overleg respecteert, Open VLD en (bovenal) N-VA willen het regeerakkoord uitvoeren.

Dus is het dilemma nu: kiezen we voor sociale vrede of houden we vast aan het rechtse hervormingsproject van het regeerakkoord?Want de erg luidruchtige bonden laten er geen twijfel over bestaan dat ze bijzonder actiebereid zijn, en in gemeenschappelijk front zullen optrekken. Tel daarbij nog het vergelijkbare enthousiasme van de overheidsvakbonden – die apart over hun statuut onderhandelen – en de regering dreigt een hete lente tegemoet te gaan.

Dreigende spagaat voor de N-VA

Dat brengt N-VA in een haast onmogelijke positie, want stilaan wordt het voor de nationalisten een kwestie van geloofwaardigheid. De partij slaagt er maar niet in om haar verkiezingsslogan – de kracht van verandering, weet u nog wel – in daden om te zetten. Een hervorming van de arbeidsmarkt was hét speerpunt van haar socio-economische programma en de activering van werklozen (ook bruggepensioneerden) was daarin dé grote ambitie.

In het beste geval realiseert N-VA haar ambities stapje per stapje en bovendien onvolledig. Maar dat kan niet volstaan voor N-VA, die niet minder dan een big bang in het vooruitzicht stelde. De stap-voor-stap-politiek beschouwen ze bij de nationalisten als een ding uit het verleden. Als een strategie waarmee de “traditionele partijen” met de PS omsprongen, maar niet zij. Ditmaal zou alles anders worden.

Niet dus, voorlopig. Zelfs zonder de PS aan boord ziet N-VA hoe het klassieke middenveld – dat de partij zo hard onder vuur genomen heeft – weer in vol ornaat opveert. Het is het verfoeide beeld van de achterkamertjes, van waaruit mensen zonder mandaat van de kiezer de democratische besluitvorming niet enkel beïnvloeden maar wezenlijk ombuigen.

Dat is simpelweg niet te verzoenen met de politieke opvattingen van de modale N-VA’er. Al helemaal niet omdat het zal lijken dat de stilaan heel erg verfoeide CD&V haar slag binnenhaalt als de regering het sociale akkoord volgt.

Discussie in een vacuüm

De vraag is of deze kwestie van het brugpensioen wel een existentiële crisis waard is, zeker omdat er straks nog een begrotingscontrole aankomt en er gediscussieerd moet worden over een taxshift. Een voorzichtig antwoord op die vraag: neen. Zolang er geen jobs zijn voor oudere werknemers, speelt de discussie zich in een vacuüm af. Nu komt het er vooral op aan jobs te creëren voor die ouderen, met gerichte loonlastenverlagingen als onderdeel van de taxshift bijvoorbeeld. Want deze kwestie van de bruggepensioneerden is uiteindelijk een symbolische discussie, zoals we er de voorbije maanden al erg veel hebben gehad. Maar in de Wetstraat betekent zoiets niet noodzakelijk dat daarmee rationeel wordt omgesprongen.

 

(Fabian Lefevere is eindredacteur bij VRT Nieuws en politiek verslaggever.)

Meest gelezen