Bijna 2.200 Proximus-medewerkers kiezen voor vervroegd pensioen

Proximus, het vroegere Belgacom, is de afgelopen decennia flink gemoderniseerd door de evoluties in de telecomsector. Maar het bedrijf zit met een groot aantal dure werknemers met onvoldoende digitale vaardigheden.

Om plaats te maken voor jonge, goedkopere werknemers was het bedrijf daarom in februari met de vakbonden overeengekomen dat 3.670 oudere werknemers vervroegd met pensioen konden gaan, als ze dat zelf wilden. Het gaat veelal om 60-plussers, maar sommige werknemers die zonder functie zitten, kunnen al vanaf 58 jaar afzwaaien.

De werkgever stelde voor om hen tot hun pensioenleeftijd driekwart van hun loon uit te betalen en ook volledige sociale bijdragen, zodat alle betrokkenen een volledig wettelijk pensioen zullen hebben.

In de marge van de bekendmaking van de kwartaalcijfers heeft Proximus nu bekendgemaakt dat 1.855 voltijds equivalenten (fte’s) ingaan op het aanbod. Concreet komt dit neer op 2.172 werknemers. Dit is in lijn met de verwachtingen van Proximus. De eersten zijn begin deze maand al vertrokken, de laatsten over vijf jaar. Tegen 2018 zal Proximus hierdoor 100 miljoen euro besparen, weet De Tijd.

En de kwartaalcijfers zelf dan: over het tweede kwartaal kon Proximus opnieuw groei voorleggen op de Belgische markt. Het klantenbestand steeg zowel voor vast internet, digitale televisie als mobiele abonnementen. Het bedrijf kon bij tv en internet naar eigen zeggen zijn marktaandeel verhogen. De omzet steeg lichtjes, met 0,7 procent tot 1,1 miljard euro. Hogere inkomsten voor vaste data, tv en ICT compenseerden ruimschoots de druk op de omzet voor mobiele toestellen met een lage marge en de lagere roamingtarieven. De onderliggende bedrijfswinst (ebitda) op de thuismarkten steeg met 4,1 procent tot 463 miljoen euro.