Studenten mogen 475 uur per jaar werken
Jobstudenten mogen momenteel 50 dagen per jaar werken, op een aantal uitzonderingen na, zoals in de horeca. Voor die dagen gelden verminderde sociale bijdragen. Wordt er meer gewerkt, dan gelden de normale bijdragen.
Vanaf 2017 wordt er niet meer in dagen gerekend maar in uren. Studenten zullen dan ook meer mogen werken: 475 uur per jaar. De federale regering heeft dat voorstel van minister De Block vandaag goedgekeurd.
"De omvorming naar uren is logisch en fair voor onze werkende studenten", zegt De Block. "Zij dragen de economie van morgen en we moeten de situatie voor hen verbeteren en versoepelen waar mogelijk."
Concreet levert het studenten bijvoorbeeld voordeel op wanneer ze maar enkele uren per dag werken. Nu wordt hen een volledige dag aangerekend, in de toekomst zullen dat enkel die gewerkte uren zijn. Voor werkgevers betekent dat dat ze studenten gemakkelijker op piekmomenten kunnen inzetten.
De Block had in mei nog aangekondigd dat ze mikte op een uitbreiding naar 550 uur, maar de regering klopte blijkbaar af op 475. Die zijn volgens minister van Werk Kris Peeters ruim voldoende.
"In de praktijk maakt nu maar 3,5 procent van de studenten volledig gebruik van die 50 dagen, zo blijkt uit de statistieken", laat Peeters weten. "De flexibilisering naar 475 uur zal dus ruim volstaan."
"Poort naar goedkoop werk compleet open"
De vakbonden vinden de versoepeling een slechte zaak. "Wij denken dat dit nadelig is voor de jonge jobstudenten, omdat zij flexibeler aan de slag zullen moeten gaan en af en toe enkele uren komen werken maar geen enkele zekerheid hebben van het aantal dagen", zegt Elke Oeyen van de christelijke vakbond ACV.
Volgens het ACV zullen ook jonge werkzoekenden hier onder lijden, "omdat de werkgever nu nog meer voor goedkopere studentenarbeid kan kiezen". "Dit is de poort compleet openzetten naar goedkoop en flexibel werk."