Ook zonder brexit is er al schade in Europa

Over het Kanaal verschillen de meningen of een uitstap uit de EU al dan niet gunstig is voor het Verenigd Koninkrijk. Op het continent is er overwegend een negatief gevoel over een brexit, zowel politiek als economisch. Vooral de grote Europese handelspartners van Groot-Brittannië zouden negatieve gevolgen ondervinden voor de handelsvolumes en voor banen.

Eerste vaststelling: de rest van de EU is en blijft ruim de belangrijkste handelspartner van het Verenigd Koninkrijk (VK), maar in percentage neemt dat volume af. Was dat enkele jaren geleden nog meer dan 50% van de handel, dan is dat geleidelijk afgenomen tot 44% vorig jaar (info House of Commons Library) en dat ten voordele van de Verenigde Staten en de groeilanden.

Binnen Europa drijven de Britten de meeste handel met Duitsland voor Nederland, Frankrijk, Ierland en België. Op Ierland na hebben die landen een handelsoverschot met Groot-Brittannië.

Een brexit betekent meteen invoertarieven die Britse producten hier duurder maken en omgekeerd. De economische denktank Bruegel schat die tarieven op 3,2%. De handel zal niet stilvallen, maar wel afnemen met economisch verlies, minder afzet en minder banen tot gevolg. Duitsland zou de uitvoer over het Kanaal met 8,9 miljard euro kunnen zien verminderen, voor Frankrijk zou dat 3,2 miljard euro zijn. Dat zegt Euler Hermes, de grootste kredietverzekeraar ter wereld en onderdeel van de Duitse verzekeringsgroep Allianz. Het Duitse economische onderzoekscentrum DIW verwacht dat de Duitse groei volgend jaar met een half procentpunt zou dalen bij een brexit.

Vooral impact op Nederland, Ierland en België

Toch zou de relatieve impact van een brexit veel groter zijn voor kleinere landen zoals Nederland, Ierland en België, in die volgorde. Daar zouden er de volgende jaren 1,5% tot 2,5% meer bedrijven failliet kunnen gaan.

België is bijzonder kwetsbaar omdat wij in verhouding erg veel kmo's hebben en één van de meest exportgerichte economieën hebben in Europa. Voor ons land zou de economische schade in het slechtste geval kunnen oplopen tot 2,6 miljard euro. De grootste impact zou er zijn voor de financiële sector, chemie, voeding en elektronica.

Een speciaal geval is het euroland Ierland dat vooral handel drijft met de Verenigde Staten (20-22%) en Groot-Brittannië (14%). De Ieren komen net uit een zware economische crisis gestrompeld, onder meer dankzij Europese noodplannen. Een nieuwe schok zoals een brexit zou het Ierse herstel echt onderuit kunnen halen en het land opnieuw naar de ziekenboeg van de eurozone kunnen sturen.  

"Soft leave" tegenover "hard leave"

Analisten houden rekening met twee scenario's bij een brexit: een zacht waarbij de Britten en de EU snel nieuwe handelsakkoorden sluiten en een hard scenario ingeval van een "lelijke echtscheiding". Dat hangt ook af van het feit of beide partijen binnen een periode van twee jaar een stuk of 100 handelsakkoorden zouden kunnen sluiten.

Het verschil zit uiteraard in een grotere impact op de uitvoer, de investeringen en banenverlies bij een "hard scenario". In totaal zijn er meer dan twee miljoen banen op het continent afhankelijk van de handel met het VK. Volgens een studie van ING zou het bbp van de EU-landen tot eind volgend jaar met 0,3% kunnen teruvallen. Vooral mijnen, de industrie en het toerisme zouden de gevolgen ondervinden. Zo zou de waardevermindering van het Britse pond het toerisme van de Britten naar Frankrijk en Spanje met 15 tot 20% kunnen doen verminderen. Dat zal nogal opvallen aan de Costa Blanca, waar erg veel Britse expats wonen.

Op korte termijn zou een brexit een economische schok betekenen met een piek in 2019. De beurzen zouden al naargelang de bron 10 tot 20% kunnen terugvallen en in het spoor daarvan de bestedingen van de consumenten.

"Silver lining" op termijn?

Na die "initial shock" zou de negatieve impact van een brexit voor Groot-Brittannië tot tien jaar kunnen duren. Zowel Euler Hermes als ING merken op dat er voor de rest van Europa daarna mogelijk positieve gevolgen zouden kunnen zijn.

Economie is meer dan uitvoer en toerisme. Verwacht wordt dat grote bedrijven -ook Britse- een deel van hun activiteiten bij een brexit zouden kunnen verkassen naar het continent of Ierland. Het zou dan gaan om grootbanken die nu in Londen kamperen, maar die een deel van hun zakenbankactiviteiten zouden kunnen verhuizen naar Amsterdam, Luxemburg, Frankfurt of Parijs.

Ook internationale bedrijven zouden hun industriële productie naar het vasteland kunnen verhuizen.Dat zou dan de groei en het aantal banen in de rest-EU opnieuw kunnen aanwakkeren, ten nadele van Groot-Brittannië dan wel.

Hoe dan ook dreigt de EU bij een brexit de volgende jaren enorm veel tijd en energie en politiek kapitaal te moeten steken in handelsakkoorden met Londen, tijd die beter aan andere dingen besteed kan worden. En zelfs als er geen brexit komt, zal het wijdverbreide euroscepticisme in de Britse politiek en media niet als sneeuw voor de zon verdwijnen.

Bovendien is door de onzekerheid van de voorbije maanden nu al economische schade aangericht aan beide kanten van het Kanaal. De voorbije maanden was het pond sterling in vrije val en werden geplande investeringen in Groot-Brittannië uitgesteld. Dat kan bij een pro-EU-beslissing wel opnieuw aantrekken. Dat de Indiase stalgigant afwil van het Britse filiaal (het vroegere British Steel) is echter ook een teken aan de wand. 

Bronnen

Meest gelezen