Europese staalindustrie betoogt tegen Chinese dumping

"Het was niet moeilijk om al deze mensen, zowel werknemers als werkgevers, uit een dertigtal sectoren en bijna 20 landen, te overtuigen om vandaag naar Brussel te komen", zei Geert Van Poelvoorde, CEO van de afdeling vlakstaal bij ArcelorMittal Europa en topman bij belangenorganisatie Eurofer bij het begin van de betoging. "Wij zijn voor vrije handel, maar ook voor eerlijke handel."

De Europese staalfederatie wil niet dat de Europese Commissie  China in de toekomst erkent als een markteconomie. Het protest kwam er naar aanleiding van de conferentie die de Commissie voor vandaag had samengeroepen en waar de impact van een veranderd Chinees statuut werd besproken.

"Als Europa China als markteconomie erkent, dan is het gedaan met anti-dumpingmaatregelen én met de industrie in Europa", zei Van Poelvoorde, die erop wijst dat de staalsector in Europa goed is voor 300.000 rechtstreekse jobs, en onrechtstreeks nog eens het drievoud.

Ook in andere sectoren vrezen ze de gevolgen van een erkenning van China als markteconomie. Volgens het Amerikaanse Economic Policy Institute zouden in de Europese Unie 4,9 miljoen banen verloren kunnen gaan.

Opvallend is dat de betoging uitging van de werkgevers, die gesteund werden door de werknemers. Zij willen allemaal een duidelijk signaal van Europa.

China is momenteel wereldwijd de grootste producent van staal. Door een forse capaciteitsuitbreiding de laatste jaren en een tanende binnenlandse vraag, kampt China met een overcapaciteit van 340 miljoen staal.

Als gevolg hiervan verdubbelde de Chinese staalexport naar de Europese Unie de afgelopen twee jaar tot 70 miljoen ton. China bouwt het overschot aan staalproductie gestaag af en sluit diverse staatsbedrijven, maar dit leidt tot dumping van het resterende staal op de Europese markt tegen absolute bodemprijzen.

Het belang van het door China nagestreefde statuut "markteconomie", is dat er dan een andere regelgeving geldt inzake dumping. Het verschil zit in de methode voor de berekening van de dumpingtarieven.

De hogere tarieven die China als staatsgeleide economie betaalt, vormen een bescherming voor de Europese markt. Met een behandeling van China als markteconomie zou deze bescherming wegvallen, met potentieel scherpe toename van dumping tot gevolg.

Als reactie hierop heeft België samen met zeven andere lidstaten een brief naar de Europese Commissie gestuurd met de vraag om de import van goedkoop Chinees staal te beperken om zo de banen in deze kwetsbare sector te behouden. Voor België gaat het om zo’n 10.060 werknemers binnen de GSV, de beroepsvereniging van Belgische staalondernemingen. ArcelorMittal alleen al stelt 4.600 werknemers te werk.

De Europese Commissie liet weten zich bewust te zijn van de situatie, ze maakt de overweging om vanaf augustus een importheffing van 16 procent per ton te hanteren voor Chinees staal.

Ze geeft ook aan de beschikbare middelen in te zetten om de staalindustrie te ondersteunen en eerlijke concurrentie te verzekeren. Zo zijn er reeds 52 antidumping-maatregelen in werking die onder meer betrekking hebben op de staalsector.

Voort opent de commissie een publieke consultatie over toekomstige maatregelen om Chinese dumping op de Europese markt te voorkomen. Aanvullend kondigde Eurocommissaris voor Handel Malmström onderzoek naar Chinese prijsdumping in de Europese Unie aan.

Of dit voldoende is voor de werkgevers en werknemers is echter nog maar de vraag. Een beslissing over het statuut van China zal de Europese Commissie pas tegen het einde van het jaar nemen.

China zelf doet er alles aan om de status van markteconomie te krijgen, het is een van de prioriteiten. China beroept zich trouwens op de regels van de Wereldhandelsorganisatie, en zegt dat het volgens die regels in december sowieso zal worden beschouwd als een markteconomie. Een juridische interpretatie die niet door iedereen gedeeld wordt.