Worden 18 Vlaamse WOI-sites erkend als werelderfgoed?

In Nieuwpoort hebben vandaag 29 partners het convenant "Het erfgoed van de Eerste Wereldoorlog als Unesco werelderfgoed" ondertekend. De participanten gaan nu samen een dossier klaarstomen om 18 WOI-sites tegen de zomer van 2018 als werelderfgoed te laten erkennen door Unesco. De landbouwers in de regio zijn blij met de afspraken.
De militaire begraafplaats Tyne Cot in Zonnebeke.

De 18 sites die geselecteerd werden, vormen het Vlaamse deel van een groot Frans-Belgisch dossier om het WOI-erfgoed van het voormalige Westelijke front als werelderfgoed te laten erkennen door Unesco.

Het gaat vooral om militaire begraafplaatsen zoals Tyne Cot in Zonnebeke, de Duitse begraafplaats in Langemark en de Belgische militaire begraafplaats in Oeren. Maar ook monumenten komen in aanmerking, zoals de Brooding Soldier in Langemark, het monument voor de vermisten in Nieuwpoort en de Island of Ireland Peace Tower in Mesen. Wallonië selecteerde op zijn beurt 7 sites, Frankrijk 70, van aan de kust tot aan de Duits-Zwitserse grens.

Het dossier is opgebouwd rond 3 gemotiveerde argumenten, namelijk: de nieuwe traditie van dodencultus waarbij iedereen ongeacht nationaliteit, klasse en geloof, herdacht wordt, een nieuwe typologie van architecturale constructies en de blijvende herinnering die oproept tot vrede en verzoening.

Nominatiedossier

Om het Vlaamse dossier klaar te stomen ondertekenden 29 partners, waaronder de betrokken gemeenten, de beheerders van de sites en Vlaamse instellingen, een convenant. Hiermee engageren de partners zich om samen in dialoog te gaan en zo een groot draagvlak te creëren voor het dossier.

"Het convenant wil de best mogelijk omstandigheden creëren om het nominatiedossier uit te werken, maar er gaat ook bijzondere aandacht uit naar de koppeling van het behoud van het erfgoed en de duurzame ontwikkeling van de regio", zei minister Geert Bourgeois (N-VA) in het bezoekerscentrum Westfront aan de Nieuwpoortse Ganzepoot.

Landbouwers over bufferzones ongerust

De partners gaan nu vooral samen zitten om de omliggende bufferzones rond de kernzones, dat zijn de sites zelf, concreet vorm te geven. Die bufferzones moet het landschap rond de sites vrijwaren, zodat de "geïdentificeerde uitzonderlijke universele waarden van de kernzones" beschermd en gevrijwaard worden.

Dat veroorzaakte echter voor heel wat onrust bij de landbouwers die vreesden een deel van hun landbouwgebied in de buurt van een site te moeten opgeven. "Die ongerustheid leeft nog, maar we zitten tenminste aan tafel om samen een zo goed mogelijke oplossing uit te werken", aldus Piet Vanthemsche, voorzitter van Boerenbond. "We hebben dit convenant zelf voorgesteld, zodat we samen afspraken kunnen vastleggen, met de betrokken organisaties, de lokale en Vlaamse overheden. We erkennen de waarde van het WOI-erfgoed, maar willen wel inspraak in het uittekenen van de bufferzones. We willen rond dit dossier een positief imago creëren dat gedragen wordt door onze landbouwers. Niet vergeten dat de landbouwers 100 jaar geleden ook enorm geleden hebben onder WOI, en zelfs nog steeds. Anderzijds kan de erkenning van Unesco zeker zorgen voor een bijkomende bescherming van het landbouwgebied", aldus Vanthemsche.

Het vastleggen van de bufferzones zal tegen oktober afgerond zijn. Begin 2017 wordt het dossier dan ingediend. Als het tijdschema wordt aangehouden, volgt de beslissing van het Werelderfgoedcomité in de zomer van 2018.

Meest gelezen