"Een lookalike van Nana Mouskouri was zo gemakkelijk"

Nana Mouskouri, een "grande dame"? Naar aanleiding van de afscheidstournee van de Griekse zangeres blikt René de Schepper, alias Dille, terug op haar carrière en op de persiflages die hij van haar maakte. Een eigenzinnige kijk op een artieste door een artiest van bij ons.

Al sinds de jaren zestig is Nana Mouskouri wereldwijd populair. De Griekse zangeres zingt in de meest uiteenlopende talen: Grieks, Frans, Duits, Engels, Nederlands, Italiaans, Portugees, Spaans, Hebreeuws, Chinees, Turks. Haar repertoire omvat zo’n 1.350 liedjes. “Weisse Rosen aus Athen”, “Plaisir d’amour”, “Avé Maria”, “Only love”: het doet misschien bij u een belletje rinkelen.

“Nana Mouskouri is een “grande dame”, hoor”, haalt de Gentse travestiet Dille herinneringen op. “Vroeger kwam ze om de paar jaar naar Gent voor een optreden, meestal in het Internationaal Congres Centrum (ICC). Ik heb haar daar nog ontmoet. Achter scène was ze totaal anders: heel gereserveerd.”

81 jaar is Nana Mouskouri intussen en op haar afscheidstournee geeft ze concerten in Gent en Hasselt. Dille is niet meer te stuiten. “Ach, ze was een grote zangeres. Ze was klassiek geschoold, maar ze mocht niet verder studeren, omdat ze in Griekse discotheken was gaan werken, om haar studies te bekostigen. Ze heeft wat wij een geschaafde stem noemen, zoals een stuk hout dat perfect glad is geschaafd door een timmerman.”

En dan is er natuurlijk haar voorkomen: zwarte rok, witte blouse, gitzwart haar en die typische zwarte en hoekige brilmontuur. “Een echt icoon”, mijmert Dille.

Travestie, coiffure en maïs

“Voor mij was het gemakkelijk om Nana Mouskouri te doen”, vertelt hij. “In de jaren 70 reisde ik vaak naar Griekenland, waar ik Grieks had geleerd. Nana Mouskouri was hier nog niet zo bekend, maar was toen al een ster in Griekenland, samen met onder meer Melina Mercouri.”

“Eigenlijk ben ik kleermaker, en zo ben ik in de toneelwereld gerold. Ooit waren we met een paar naar een nichtenshow gaan kijken, waarna we opschepten dat wij dat beter konden doen.”

In sneltreinvaart doet Dille uit de doeken hoe hij als het ware de gangmaker van het fenomeen van de travestieshows in Vlaanderen is geworden. “Nana Mouskouri, Mireille Mathieu, Sylvie Vartan, Sheila, … In die tijden waren travestieshows vooral gericht op het Franse chanson.”

“Tja, en dan die kleren, die bril en die seutige coiffure. Dat is ideaal voor een parodie. Je mag nog 200 kilo wegen: als je het juiste kostuum, dat pruikje en die bril hebt, ben je vertrokken.” Spraakwaterval Dille dondert verder. “Ik had ooit een viertal van die brillen gekocht. Ideaal voor de show. Ik herinner me dat we zo eens met drie Nana’s op scène hebben gestaan. De eerste zong “L’amour en héritage”, de tweede “Only love” (hetzelfde lied, nvdr.), en dan hadden we ook nog een pop aangekleed als Nana Mouskouri, met bril en al.”

“Het publiek vond dat grappig”, zegt Dille. “Bij het lied “Coucouroucoucou paloma” bijvoorbeeld strooiden we met maïs om zogezegd de duiven te lokken.”

Na de glorie

Ooit waanzinnig populair - ook in travestiemilieus -, maar inmiddels voor de jongeren onder u een stem uit het verleden. Nana Mouskouri is nu een bejaarde dame, zij het nog altijd zeer herkenbaar.

Ook Dille is intussen al een tijdje gestopt met zijn eigen travestiegezelschap. “Mijn glorietijd, dat was de periode 1983-2000. Maar in 2000 was ik 50 en ik was dat gesleur met materiaal en kostuums een beetje beu. Sindsdien heb ik mijn optredens op een lager pitje gezet. Ik treed nog wel op, maar als gast bij een andere groep, niet meer met mijn eigen gezelschap.”

Travestiegezelschappen zijn overigens geen unicum meer. “Ze zeggen dat die zich vermenigvuldigen door te splitsen. Na een tijd verlaat iemand een groep en begint hij met een eigen groep. In een bijenkorf kan er maar één koningin zijn.”

Waar treedt Dille nog op? “Overal waar ze mij vragen. Als ik het doe, doe ik het nog altijd graag. Ik heb zo mijn repertoire: Marianne Rosenberg, Divine, alles wat en beetje komisch is. Maar al mijn attributen moeten schoon zijn: kleren, schoenen, pruiken. Bij mij is discipline belangrijk. Als de voorstelling om 8 uur begint, moet iedereen een uur op voorhand aanwezig zijn.”

“Ik ben een “stoute muile”, ik weet het, maar ik heb ooit moeten vechten om travestieshows mogelijk te maken in parochiezalen. Het is entertainment, het is niet vulgair en er zijn mooie kostuums. Dat moest een deken al eens toegeven nadat hij incognito naar een van mijn shows was komen kijken.“ En dat overtuigen lukte, want de parochiezalen openden hun deuren voor Dille. “Het meeste last had ik met bekrompen kwezels die in het geniep een boon hadden voor de pastoor”, gniffelt hij.

Meest gelezen