“Soms moet ik me in emoties wentelen om weer verder te kunnen”

Vandaag wordt Liliane Saint-Pierre 65. Eens een jong meisje van 15 dat haar eerste stappen in de muziekwereld zette, is ze vandaag een volleerde zangeres die op een rijk gevulde carrière kan terugblikken. Liliane werkte samen met Claude François, zong zich onsterfelijk met “Soldiers of love” tijdens het Eurovisiesongfestival en groeide uit tot lieveling van de holebigemeenschap. Deredactie.be mocht bij haar op de koffie en luisterde naar 65 jaar leven, liefde en werk.
© VRT

We ontmoeten Liliane Saint-Pierre bij haar thuis in Kaggevinne, een deelgemeente van Diest. Het is een grijze dag in november, maar haar woonkamer baadt in een sfeer van gezelligheid. In de hoek hangen foto’s van kleinkinderen, her en der lichten kaarsen op. Centraal staat een foto van haar en Marc, haar partner van vele jaren die in 2010 overleed.

Liliane Keuninckx. Zo heet Saint-Pierre officieel. Op 18 december 1948 werd ze geboren in Diest als oudste van 2 kinderen. Haar vader werkte bij de spoorwegen, haar moeder was arbeider. Dat ze zangeres zou worden, stond op dat moment helemaal niet in de sterren geschreven. “Mijn ooms wisten dat ik een mooie stem had en spoorden me aan aan wedstrijden deel te nemen. Toen ik 13 werd, begon ik eraan. Overal in het land nam ik deel aan zogenoemde crochetwedstrijden. Dat was puur een hobby, want ik ging nog naar school.”

“Wees mooi en zing goed”

“Ik nam gitaarlessen en belandde bij een orkestje in Diest. De sologitarist vertelde me over de “Volkswagen Variété-prijs” op Radio Luxemburg. Ik nam eraan deel en eindigde tweede. Aan die plaats was een platencontract verbonden. Zo ging de bal aan het rollen. Voor ik het wist had ik een eerste plaat “We gotta stop” opgenomen en kreeg ik door de platenfirma een manager toegewezen. Het werd Milo De Coster, geen simpele man.”

““We gotta stop” was een schot in de roos. Zelfs de platenfirma had zich niet aan zo’n groot succes verwacht. Ik was op dat moment amper 15. Waarschijnlijk heb ik toen net hetzelfde gevoeld als Sandra Kim en Isabelle A later: pure euforie. Ik dacht dat iedereen me graag zag. Erg naïef was dat. Ik ben er snel genoeg achter gekomen dat de realiteit anders ineen zat.”

“Milo bepaalde in die jaren mijn hele carrière en mijn leven. Ik had niks te zeggen. Hij had tonnen lef, maar was ook erg zakelijk en narcistisch. Hij beschouwde een artiest als een citroen die hij kon uitpersen. “Wees mooi en zing goed”, dat kreeg ik te horen. Ik dacht dat hij veel macht had, dus luisterde ik gedwee. Pas later ben ik gaan beseffen dat een sterke manager niks kan aanvangen met een artiest zonder talent. Ooit zei een fan me dat ik alles aan Milo te danken heb. Dat is niet waar. Ik heb een klein stukje aan hem te danken.”

“Ik heb nooit een jeugd gehad”

Op het einde van de jaren 1960 werkte Liliane een tijd samen met Claude François in Parijs. Hij was het die haar met de artiestennaam “Saint-Pierre” bedacht. “Claude was een grote meneer in Frankrijk, maar echt een fan was ik niet. Dat was een voordeel. Ik ben hem pas beginnen bewonderen en respecteren toen ik met hem begon samen te werken. Hij werkte ontzettend hard en was erg perfectionistisch. Daar keek ik naar op.”

“Milo wilde absoluut niet dat ik permanent in Parijs zou wonen, dus reed ik op en af. Waarschijnlijk vreesde hij dat ik hem zou ontglippen. Hij en Claude kregen ruzie en hij stelde me voor het blok: ik moest mee terug naar België. Op dat moment had ik een relatie met Milo’s zoon Denis. Als ik in Parijs bleef, zou ik mijn lief dus nooit meer zien. Mijn hart heeft boven mijn verstand gekozen en ik keerde terug naar huis.”

“Toen ik later met Denis trouwde, wilde Milo dat ik zou stoppen met zingen. Terwijl ik zoveel voor mijn carrière had opgeofferd! Ik heb nooit een jeugd gehad. Stoppen was voor mij geen optie. Stilaan was ik ouder en wijzer geworden en om hem onder druk te zetten, dreigde ik ermee in het leger te gaan. Ik heb me ook effectief ingeschreven, maar een telefoontje van Bobbejaan Schoepen stak daar een stokje voor. Hij vroeg me om in Bobbejaanland op te treden. Daar heb ik een nieuwe start genomen.”

“Vanbinnen weende ik van ongeloof en blijdschap”

In de jaren 1980 nam Liliane twee keer deel aan de voorrondes van het Eurovisiesongfestival. Een eerste keer deed ze dat in 1981 met het nummer “Brussel” en werd ze nipt tweede. In 1987 probeerde ze het nog eens met “Soldiers of love”. “Dat nummer heb ik mee gecreëerd. Ik had dat jaar al verschillende nummers toegestuurd gekregen, maar niks kon me bekoren. Tot ik op een dag domweg televisie zat te kijken en alle ellende op het scherm zag. Plots flitste de zin “soldiers of love” door mijn hoofd en ik was vertrokken.”

“De voorrondes waren best spannend. Ik was de laatste van 12 deelnemers om op te gaan. Backstage liep ik de hele tijd te ijsberen. Ik moest het opnemen tegen onder meer Margriet Hermans, Bart Kaëll, John Terra en Sofie.” Liliane eindigde eerste en mocht België dat jaar op het Eurovisiesongfestival vertegenwoordigen. “Uiteindelijk heeft het publiek me gekozen. De vakjury zette me in de middenmoot, maar toen de stemmen uit de verschillende provincies werden bekendgemaakt, kreeg ik de ene tien na de andere. Op de beelden van toen lijkt het alsof het me niks kon schelen, maar vanbinnen weende ik van ongeloof en blijdschap.”

“Homo’s hebben een goede smaak!”

In 1989 pakte Liliane uit met de single “Sacha”, een lied over homoseksualiteit. “Mijn beste vriend was homo. Zijn vader had het daar moeilijk mee. Op een dag vertelde hij me dat zijn vader dacht dat hij homo was geworden omdat ik hem had afgewezen. Een vreemde redenering. Dat gesprek bleef me bij en is uiteindelijk in “Sacha” uitgemond.”

In de jaren die volgden, groeide Liliane uit tot een heus gay-icoon in Vlaanderen. Het duet “Geef me tijd” met Get Ready in 1997 was daar niet vreemd aan. “Met hen samenwerken was een geweldige ervaring. Het was dan wel een commerciële stunt, het maakte het duet niet minder plezant. Verschillende mensen wezen me erop dat die gasten allen homo waren, maar mij kon het niet schelen.” “Volgens sommigen lag ik al goed in de markt bij holebi’s toen ik nog met Claude François samenwerkte. Ik kan alleen maar gelukkig zijn dat homo’s mij zo leuk vinden. Ze hebben een goede smaak!”

“Ik ben een emotioneel kieken”

Meer dan 20 jaar was Liliane samen met Marc Hoyois, de weduwnaar van zangeres Ann Christy. “In juli 2010 is Marc overleden. Dat betekende het begin van een moeilijke periode. Ik had heel donkere gedachten. Het was een zwaar rouwproces. Ik had dan wel mijn kinderen, mijn moeder en mijn vrienden, maar er kwam geen klaarte in mijn hoofd.”

“Echt aanvaarden zal ik de dood van Marc nooit. Ik heb hem doodgraag gezien. Nu drie jaar later vind ik af en toe al wel momenten van rust. Mijn grootste uitlaatklep blijft muziek. Marc zou het vreselijk hebben gevonden als ik daarmee was gestopt. Muziek kan me van het ene op het andere moment blij of verdrietig maken. Soms moet ik me in emoties wentelen om weer verder te kunnen. Verdriet geeft me sterkte. Ik ben een emotioneel kieken.”

"Laten gebeuren wat moet gebeuren"

“Mijn verjaardag breng ik dit jaar samen met mijn kinderen en kleinkinderen door. Jarenlang heb ik die met een schare fans gevierd. Ze vonden het leuk om samen te gaan eten. Dan werd muziek gedraaid en deed ik de openingsdans met Marc. Ik hoef niet te zeggen dat het verjaardagsdiner om die reden sinds zijn dood niet meer plaatsvindt. Ik kan het niet meer."

“Ik ben me ervan bewust dat ik 65 ben, maar voel me helemaal nog niet zo oud. Ik beweeg nog altijd goed en blijf even temperamentvol. Vocaal sta ik nog steeds sterk. Ook in mijn hoofd lukt het nog. Als ik op het podium fouten maak, geef ik die meteen toe. Pas als het 100 keer tijdens een concert zou gebeuren, heb ik een probleem. Ik hoop dat ik dan zal beseffen dat de tijd om ermee te stoppen is gekomen, want ik wil in schoonheid eindigen. Eigenlijk moet je laten gebeuren wat moet gebeuren. Met vallen en opstaan probeer ik daarnaar te leven.”

Meest gelezen