Google en Facebook nemen stappen tegen nepnieuws na verkiezing Trump
Maandag verklaarde Alphabet Inc., het moederhuis van Google, dat het een nieuw beleid hanteert waarbij het zijn populaire advertentietool ontoegankelijk maakt voor websites die foutieve informatie verspreiden.
Facebook van zijn kant zegt dat het geen advertenties publiceert of integreert van apps of websites die "illegaal, misleidend of bedrieglijk" zijn. Volgens de website Buzzfeed zouden medewerkers van Facebook zich ook al georganiseerd hebben in een niet-officiële taskforce om de strijd met het nepnieuws aan te gaan.
Googles AdSense is een dominante speler in de advertentie-industrie, en ook een erg belangrijke bron van inkomsten voor de meeste online publicaties. Maar critici wijzen erop dat de strengere advertentiepolitiek geen valse artikels uit de zoekmachine weert. Het zou er wel toe kunnen leiden dat de bedrijven achter het nepnieuws op zoek moeten naar andere inkomsten.
De overwinning van Donald Trump veroorzaakte vorige week een schokgolf in Silicon Valley. Vooral Facebook kreeg kritiek, omdat er via dat medium heel wat nepnieuws wordt verspreid. Topman Mark Zuckerberg repliceerde zondag dat "meer dan 99 procent van wat de mensen zien op sociale media authentiek is". Hij vond het "erg onwaarschijnlijk" dat nepnieuws de verkiezingsuitslag in een of andere richting zou hebben gestuurd.
Google kwam maandag onder vuur nadat een zoekresultaat naar de Amerikaanse verkiezingsuitslag leidde naar een Wordpress-blog met niet-geverifieerde informatie. Google sloeg mea culpa en liet verstaan dat het constant werkt aan het verbeteren van zijn algoritmes.