Eerste panelen van "Lam Gods" eindelijk bijna klaar

Na een restauratie van meer dan 3,5 jaar zijn de eerste acht panelen van het "Lam Gods", het wereldberoemde retabel van de gebroeders Van Eyck, bijna klaar om terug naar de Sint-Baafskathedraal in Gent te gaan. In een laatste stap van de restauratie worden de panelen nu geretoucheerd.

Het lijken wel de verfdoosjes die we allemaal vanaf de kleuterschool gebruiken, maar de restaurateurs van het "Lam Gods" werken met hoogwaardige waterverf om het kunstwerk van de gebroeders Van Eyck te retoucheren.

Ze gebruiken waterverf omdat ze het principe van reversibiliteit of omkeerbaarheid hoog in het vaandel dragen. Alles wat de restaurateurs nu toevoegen, kunnen hun opvolgers binnen vijftig of honderd jaar eenvoudig weer ongedaan maken. Waterverf heeft één nadeel: ze is mat. Om de glans van de originele olieverf van de gebroeders Van Eyck te benaderen, werken de restaurateurs de retouches af met pigmenten en een synthetische hars.

Het is duidelijk dat de restaurateurs van de 21ste eeuw geen schilders zijn die – zoals de schilder-restaurateurs van een paar eeuwen geleden – hele kunstwerken overschilderen. "Als we retoucheren gaan we nooit op het origineel retoucheren", zo zegt Bart Devolder, een van de acht restaurateurs in het atelier. "We blijven echt binnen de beschadiging, binnen de lacunes."

Dat doen ze met heel fijne penselen en een microscopische bril om zeker het origineel niet te raken. Een monnikenwerk, maar volgens de restaurateurs is het de leukste fase in het proces. "Het geeft veel voldoening omdat we met heel kleine ingrepen een groot resultaat kunnen halen. Als we ons penseel in zo’n leemte zetten, zien we die hele zone van het schilderij weer tot leven komen."

Ook de houten kaders aangepakt

Tegen eind juni moeten deze acht panelen van het "Lam Gods" volledig afgewerkt zijn. Het is moeilijk om ons nog voor te stellen hoe de schilderijen er drie jaar geleden uitzagen. Maar het verschil tussen de vergeelde en donkere schilderijen van toen en de heldere kunstwerken die we nu zien met veel diepte en vitaliteit, is immens. De restaurateurs hebben dus nog anderhalve maand om alle retouches af te werken, een vernislaag erover te zetten ter bescherming van de werken en de werken in te kaderen in de tevens gerestaureerde houten kaders.

De kaders zijn net als de schilderijen bijna klaar. Een donkerbruine – bijna zwarte – verflaag is verwijderd en daaronder bleek nog een heel mooie originele verflaag te zitten met een steenmotief. De restaurateurs leggen ook daar de laatste hand aan de retouches. De lichtere kleur van de kaders zal zeker een groot effect hebben op het uitzicht van het totale kunstwerk in de Gentse kathedraal.

Maar ook aan de stevigheid van de kaders wordt gewerkt door specialist Jean-Albert Glatigny. Waar nodig maakt hij nieuwe blokjes hout van nauwelijks enkele centimeters groot die perfect passen in de gaten die het origineel onstabiel maakten.

Meest gelezen