"Van Gogh werd vergiftigd door lichtgas"

Van Slooten kwam er onlangs achter dat Van Gogh (1853-1890) in het Zuid-Franse Arles kunstlicht in zijn huis had laten aanleggen zodat hij langer door kon werken. Bij de vroege gasverlichting kwamen echter diverse zware metalen zoals kwik en lood vrij en dat leidde tot allerlei kwalen, van flauwvallen tot opvliegendheid en van depressies tot de drang tot zelfdoding.

"Er waren zo veel gevallen, dat er zelfs speciale ziekenhuizen voor werden ingericht, zoals het Hopital Salpetrière in Parijs. Het had op een bepaald moment veel weg van een epidemie", zegt Van Slooten in AD. "Probleem was dat men de ziekte wel onderkende, maar geen remedie wist."

In een lage concentratie veroorzaakte lichtgas niet veel schade, stelt Van Slooten, zeker niet voor wie vooral buiten vertoefde. "Maar de laatste jaren van zijn leven heeft Van Gogh dat nu juist níet gedaan. Hij zat vaak binnen, in zijn woning, in een ziekenhuis of in cafés. Daar werd óók lichtgas gebruikt. Dat heeft allemaal niet geholpen."

Van Slooten geldt als expert over de Amerikaanse schrijver Edgar Allan Poe. "Van hem is definitief vastgesteld - onder meer door onderzoek van zijn haren - dat hij en zijn echtgenote Virginia waren vergiftigd door lichtgas, opgelopen in de jaren die zij in New York leefden."