Samen sterk? 778 dagen luchtaanvallen tegen IS

Onze volgende halte in de zoektocht naar de strijd tegen IS: Jordanië, het startpunt voor het militair ingrijpen tegen de terreurgroep. Samen met collega's uit dertien andere landen vliegen de Belgische F16-piloten uit van een Jordaanse luchtmachtbasis om er stellingen van IS in Irak en Syrië te bombarderen en de tekening op het terrein zo te beïnvloeden.

Na de brute moord op de Amerikaanse fotograaf James Foley in augustus 2014 hakken de Verenigde Staten de knoop door: de militaire strijd tegen IS begint. Onder Operation Inherent Resolve voeren ze samen met een internationale coalitie 132 luchtaanvallen uit op één maand tijd, het grootste deel boven Irak. Een maand later sluit ook België zich bij de coalitie aan en stuurt zes F16’s naar Amman. Meer dan 110 Belgen reizen mee: piloten, technici, adviseurs, beveiligingstroepen en wapenmakers.

Eind juni 2015 geven de Belgische militairen voor één jaar de fakkel over aan hun Nederlandse collega’s. De Belgische piloten hebben er dan 3.552 vlieguren en 796 missies opzitten – niet minder dan 5.5% van alle vluchten van de coalitie in die periode.

15.000 bombardementen

De luchtaanvallen van de internationale coalitie gaan ondertussen al meer dan twee jaar onafgebroken door. Al zo’n 15.000 keer regende het bommen en explosieven boven bolwerken van IS in Iraakse en Syrische steden. De samenwerking tussen de luchtmachten en lokale grondtroepen hertekende de Syrische en Iraakse kaart aanzienlijk.

In augustus 2014, op de tiende dag van de luchtcampagne, werd de Mosoeldam bevrijd, vijf weken later de opmars van IS naar Bagdad gestopt. Maar liefst 90 luchtaanvallen boven Kobani steunden het Koerdische verzet tegen een IS-beleg dat de stad sinds januari 2015 in zijn greep had. Het stadje en de omliggende regio’s zijn ondertussen bevrijd, sommige gevluchte inwoners weer thuis. Luchtaanvallen zouden ook de Franse bommenmaker David Drugeon en de Britse Jihadi John hebben gedood en IS-leider al-Bagdadi hebben verwond. En in een poging de geldstroom van IS een halt toe te roepen, viseerden tientallen bombardementen ook olie-installaties in handen van IS.

Maar er komt ook kritiek op de internationale luchtcampagne die naar schatting al zo’n 8 miljard euro kostte. Volgens de onafhankelijke waakhond airwars stierven zeker 1.608 burgers in aanvallen van de coalitie – militaire instanties houden dat cijfer op amper 15. En ook boven gebieden waar de internationale coalitie geen bondgenoten op de grond heeft, worden aanvallen uitgevoerd. Met weinig resultaat. 778 dagen na het begin van de luchtcampagne heeft IS nog steeds een aanzienlijk deel van Syrië en Irak onder controle.

Naar het front

In het totaal zijn ze met tientallen, de landen die op één of andere manier IS militair een halt willen toeroepen. Veertien landen voeren luchtaanvallen uit, anderen verdedigen hun eigen grenzen of bewapenen en trainen vijanden van de Islamitische Staat. En hoe controversieel het soms ook is: het Syrische regime, rebellengroepen en jihadistische organisaties vechten met IS’ers op de grond. 

Zelf stuurt het Belgisch leger dit jaar nog 30 militair adviseurs naar de frontlinie met IS, waar ze het Iraaks leger vanuit internationaal beschermde centra zullen assisteren. In samenwerking met Nederland zullen ook Koerdische peshmerga opgeleid worden.

Hoe gaat België vanuit Jordanië de strijd aan met IS? En wat is het resultaat van die internationale coalitie? Dat zoeken Rudi Vranckx en zijn ploeg nu uit in 'IS in het vizier'.

Meest gelezen