De Democratische traditie: van Jefferson tot Obama

De Democratische partij van de Verenigde Staten is een van de oudste nog bestaande politieke formaties ter wereld. Vreemd genoeg heette ze aanvankelijk de "Republikeinse" partij, nu de naam van haar grote rivaal.

De wortels van de partij gaan terug tot de "Republikeinse partij", nadien de Democratisch-Republikeinse partij, een groep politici die zich in 1792 verzamelden rond de latere presidenten Thomas Jefferson (links) en James Madison. Die kwamen in de geest van de Verlichting op voor de rechten van de (blanke) burger en die van de staten tegenover het sterke centrale gezag in Washington dat de "federalisten" voorstonden. Madison wisselde toen wel van kamp.

Tussen 1801 en 1824 domineerden de "Jeffersonians" de VS onder Jefferson, Madison en Monroe. Zonder hun federalistische vijand vielen de Democraten daarna echter uiteen in verschillende fracties met de "Whigs" die een moderne economie voorstonden en de "nieuwe Democraten" van Andrew Jackson en Martin Van Buren.

Die herstichte "Jacksonian" Democraten zouden tussen 1832 en 1860 de politiek beheersen. Uit die periode dateert het partijsymbool, de ezel of "jackass", een scheldnaam die Andrew Jackson omzette tot een geuzennaam. De partij vertegenwoordigde toen zowel de boeren als de stedelijke arbeiders en rekruteerde onder migranten, vooral dan bij Ierse katholieken. Ze omvatte ook de zuidelijke en erg conservatieve plantagehouders en werd geleidelijk verscheurd tussen voor- en tegenstanders van de slavernij. 

Terug naar de zijlijn

Uit die tegenstelling kwam de nieuwe Republikeinse partij van Abraham Lincoln na 1854 als nieuwe beweging naar voren, voor een sterke Unie en tegen de slavernij. 

Na de verscheurende Burgeroorlog (1861-1865) zouden de Republikeinen de VS decennialang overheersen. Tussen 1861 en 1913 kon slechts een Democratische president de Republikeinse greep doorbreken: Grover Cleveland die twee keer president was (1885-1889 en 1893-1897).

In 1912 profiteerde de progressieve Democraat Thomas Woodrow Wilson (foto) van verdeeldheid bij de Republikeinen om het Witte Huis te veroveren.

Onder hem kreeg de Democratische partij vorm zoals we die nu kennen: eerder progressief gericht, ook op de minderheden, tegen de excessen van "big business" en gericht op de wereld, maar tegelijk voor sterke federale instellingen en dat laatste gaat wel wat in tegen de "Jeffersonians" en "Jacksonians".

Van Roosevelt tot Obama

De partij kreeg haar definitieve vorm tijdens de "New Deal" van Franklin D. Roosevelt in de jaren 30 en 40. Waar de Republikeinen stonden voor weinig overheidsingrijpen, stuurden de Democraten aan op meer invloed voor de federale overheid en instellingen in de economie en de maatschappij. 

De Democraten smeedden toen belangrijke banden met vakbonden en met organisaties van etnische minderheden zoals de zwarte burgerrechtenbeweging. Daardoor zijn de Democraten veel meer verscheiden dan hun rivalen, maar pas in 1960 zou met de katholiek van Ierse oorsprong John Kennedy eens een niet-protestant verkozen worden. 

In 2008 doorbrak de halfzwarte Barack Obama (foto) een nieuwe barrière en daarvoor konden de Democraten ook met succes hun basis verbreden bij de Spaanssprekende Hispanics.

Een zwakke plek: het ooit zo Democratische "Zuiden" is sinds de jaren 70 en 80 steevast in handen gekomen van de Republikeinen, maar tegelijk heeft dat de Democraten verlost van de alsmaar breder wordende spreidstand tussen progressieven en oerconservatieve zuiderlingen.

Tijdens de voorbije voorverkiezingen heeft de bij jongeren erg populaire senator Bernie Sanders de Democratische partij een forse ruk naar links gegeven met een visie van een meer sociaal Amerika. Sanders moest het afleggen tegen Hillary Clinton, maar zijn ideeën en voorstellen zullen blijven nazinderen en pas later zullen we kunnen zien of hij de Democraten een nieuwe impuls heeft gegeven.

Meest gelezen