Israëlische antiterreurkampen steeds populairder bij toeristen

Israël is één van de meest gemilitariseerde landen ter wereld, met een grote expertise in oorlogsvoering en terreurbestrijding. Lokale ondernemers trachten die militaire ervaring te gebruiken om toeristen naar hun land te lokken. Over het hele land – ook in bezette gebieden - zijn een aantal antiterreur- en trainingskampen voor toeristen uit de grond gestampt, en die kennen een steeds grotere aantrek. De opzet is telkens dezelfde: de bezoekers een zo realistisch mogelijke ervaring bezorgen.

Caliber 3, het bekendste van die kampen, is gelegen op de Westelijke Jordaanoever. Het kamp biedt dagelijks een basisprogramma aan van twee uur, waarin bezoekers worden geconfronteerd met een zelfmoordaanslag op een marktplein in Jeruzalem, gevolgd door een messenaanval en een demonstratie met aanvalshonden. De simulatie wordt afgesloten met een sluipschutterswedstrijd. Kostprijs? 115 dollar voor volwassenen, 85 dollar voor kinderen, met mogelijke korting voor grote groepen. 

Naast de dagelijkse aanbiedingen kunnen buitenlandse tienerjongens ook deelnemen aan een zomerkamp van drie maanden. Inbegrepen in het pakket: militaire en survivaltraining, drie koosjere maaltijden per dag en een dagelijkse gebedsdienst. Ook de verkoop van merchandising, van T-shirts tot echt militair materieel, brengt sjekels in het laatje.

Sharon Gat, stichter en CEO van Caliber 3, schat dat er jaarlijkse 15.000 tot 25.000 toeristen een bezoek brengen aan zijn trainingskamp. De grote meerderheid daarvan zijn Amerikaanse Joden, vaak gezinnen die naar Israël afreizen voor religieuze feestdagen. Maar de laatste jaren vinden steeds meer gezinnen en zakenreizigers uit Brazilië, Argentinië, Frankrijk, Italië, Rusland en vooral China, hun weg naar het antiterreurkamp.

Maar wat drijft iemand om een militair trainingskamp te runnen als toeristische attractie? “Op een dag vroeg ik mij af of de Joden in Auschwitz ooit zouden kunnen gedroomd hebben dat er een zo’n academie zou bestaan in Israël en dat die leden van het Duitse leger zou opleiden”, verduidelijkt Gat aan zijn bezoekers. Door zijn kamp open te stellen voor het grote publiek wil hij tonen welke lange weg het Joodse volk in 75 jaar heeft afgelegd.

Aanvankelijk weigerde de Israëlische overheid om Gat een vergunning te verlenen voor zijn toeristische attractie. Maar dat is veranderd, zegt hij. “Ze zien het belang in van wat we hier doen. Mensen die onze programma’s volgen gaan buiten met een veel beter begrip van dit land. Ze worden ambassadeurs voor de Staat Israël.”