Nederland keurt als laatste EU-associatieverdrag met Oekraïne goed
Het verdrag was twee jaar geleden ook al goedgekeurd, door zowel de Eerste als de Tweede Kamer. Begin vorig jaar werd dat verdrag echter afgewezen door 62% van de Nederlandse kiezers in een referendum. Dat had niet zo veel te maken met Oekraïne, maar wel met een algemene afkeuring van de werking van de EU.
Hoe dan ook was Nederland het enige EU-land dat het verdrag afwees. Premier Mark Rutte (foto in tekst) liet toen een "inlegvel" bij het verdrag voegen, waarin stond dat het niet automatisch de deur zou openen voor lidmaatschap van de EU en ook niet betekent dat werknemers uit Oekraïne nu gemakkelijker in de Unie zouden kunnen werken.
Via die omweg kon Rutte enerzijds de neen-stemmers tegemoet komen en anders het associatieverdrag redden. Nu de Eerste Kamer het verdrag met een ruime meerderheid heeft goedgekeurd, hebben alle EU-lidstaten het geratificeerd en kan het in werking treden.
Vonk in het Oekraïense kruitvat
Het associatieverdrag werd in 2012 gesloten tussen de EU en de pro-Russische regering van voormalig president Viktor Janoekovitsj. Moskou vreesde echter dat Oekraïne uit zijn invloedssfeer zou verdwijnen en onder Russische druk moest Janoekovitsj het verdrag echter opzeggen dan daarop brak de Majdan-opstand uit tegen zijn regime.
Janoekovitsj werd verjaagd en een prowesterse regering nam over, wat dan weer tot grote spanningen in Oekraïne leidde met de Russische bezetting van de Krim en steun aan de pro-Russische rebellen in het oosten van het land tot gevolg.
Het associatieverdrag is dan ook strategisch erg belangrijk om Oekraïne losser te maken van Russische economische druk en een brug te slaan tussen Kiev en de EU.