Europese pijler van sociale rechten: Wat houdt dit nu precies in?

De Europese Commissie heeft een "Pijler van Sociale Rechten" ontwikkeld om het sociaal beleid van de Europese Unie te versterken. De pijler werd vandaag voorgesteld door Europees Commissaris voor Werk en Sociale Zaken Marianne Thyssen. De pijler omvat drie hoofdstukken en 20 principes die het kader zouden moeten vormen voor het toekomstig sociaal beleid van de EU. De principes hebben betrekking op diverse sociale aspecten en moeten bijdragen tot de uitbouw van een sociaal Europa. Maar wat houdt het nu precies in?

Gelijke kansen en toegang tot de arbeidsmarkt

Het eerste hoofdstuk van de pijler houdt verband met gelijke kansen en toegang tot de arbeidsmarkt. Hier wordt onder meer de nadruk gelegd op het belang van onderwijs. De Commissie stelt dat levenslang leren essentieel is om vaardigheden aan te leren, en deze ook te behouden.

Een volgend principe steunt op het beginsel van gendergelijkheid. Hier staat de gelijke behandeling van mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt centraal. Hiermee nauw verbonden, is het principe van gelijke kansen. Met dit principe refereert de Commissie naar een gelijke behandeling op het vlak van tewerkstelling, sociale bescherming en toegang tot publieke goederen en diensten.

Ook voor diegene die geen deel uitmaken van de arbeidsmarkt, voorziet de Commissie in de pijler een aantal rechten. Zo moeten werkzoekenden actief worden bijgestaan in hun zoektocht naar een baan en hebben werklozen recht op een gepersonaliseerde en consequente ondersteuning.

Eerlijke arbeidsomstandigheden

Het tweede hoofdstuk omvat de Europese principes omtrent eerlijke arbeidsomstandigheden. De Commissie vermeldt hier het recht op veilige en flexibele arbeid. Met veilige arbeid doelt men op de preventie en bestrijding van gevaarlijke arbeidsomstandigheden.

Flexibele arbeid verwijst naar de stimulatie van ondernemerschap en zelfstandigheid. Ook de arbeidsmobiliteit zal eenvoudiger worden zodat werknemers zich snel kunnen aanpassen aan veranderende economische omstandigheden.

Een ander onderdeel van dit hoofdstuk houdt verband met de lonen. Werknemers hebben recht op een eerlijke verloning die hen in staat stelt in een fatsoenlijke levensstandaard te voorzien. Daarnaast zullen adequate minimumlonen worden gegarandeerd en zal de Commissie ook inzetten op de preventie van armoede onder werkenden (in-work poverty).

Voort wordt de nadruk gelegd op het belang van sociale dialoog tussen werkgevers en werknemers. De Commissie stelt dat werknemers recht hebben op informatie omtrent arbeidsvoorwaarden en bescherming bij ontslag. Ook de privé-werk-balans komt aan bod en preciseert dat mannen en vrouwen gelijke toegang moeten krijgen tot verlofdagen om hun zorgverantwoordelijkheden te vervullen.

Sociale bescherming en integratie

In het laatste hoofdstuk wordt aandacht besteed aan de sociale bescherming en integratie van verschillende groepen in de bevolking. Zo hebben kinderen recht op betaalbaar vroegtijdig onderwijs en moeten zij worden beschermd tegen armoede.

Daarnaast hebben werklozen recht op steun van publieke dienstverleningsdiensten om zich (opnieuw) te integreren, alsook op adequate werkloosheidsuitkeringen van redelijke duur. Ook ouderen hebben recht op een pensioen dat overeenstemt met de prestaties die zij geleverd hebben op de arbeidsmarkt.

Tot slot stelt de Commissie dat iedereen van de bevolking recht heeft op tijdige toegang tot betaalbare gezondheidszorg van goede kwaliteit. Hierbij wordt speciale aandacht gevestigd op de inclusie van mensen met een handicap, zodat ook zij deel kunnen uitmaken van de arbeidsmarkt en ten volle kunnen participeren in de maatschappij. Er wordt ook speciale aandacht besteed aan hulp voor daklozen. Zo zal er voldoende huisvesting en dienstverlening verleend worden om op die manier hun sociale integratie te bevorderen.

Meest gelezen