VN beschuldigt Damascus en IS ervan chemische wapens ingezet te hebben
De aanvallen door het regime zouden hebben plaatsgevonden in de provincie Idlib. Op 21 april 2014 vond een chemische aanval plaats in Talmenes, op 16 maart 2015 een tweede in Sarmin. IS zou mosterdgas gebruikt hebben op 21 augustus 2015 in Marea, in het gouvernement Aleppo.
Het regime heeft altijd ontkend chemische wapens te gebruiken, maar uit het rapport blijkt nu dus dat het in Talmenes en Sarmin "een toxische substantie" heeft gebruikt, waarschijnlijk chloorgas dat werd verspreid via een vat met explosieven. De onderzoekers stellen dat ze over "voldoende informatie" beschikken daaromtrent. Bij de aanvallen werd "een groot aantal burgers" getroffen.
In verband met de aanval in Sarmin schreven de onderzoekers dat "er voldoende bewijzen zijn om te concluderen dat de groep IS de enige entiteit is die mosterdgas zou kunnen gebruiken en gemotiveerd zou zijn om dat ook te doen".
Sancties?
Ambassadeur Lamek heeft de VN-Veiligheidsraad opgeroepen "om zijn verantwoordelijkheid te nemen", en alludeert zo naar het nemen van sancties tegen de verantwoordelijken achter de aanvallen.
De Veiligheidsraad had eerder al gedreigd met sancties van zodra de verantwoordelijken voor de aanvallen bekend waren. Rusland en China, bondgenoten van het regime van Bashar al-Assad en permanente leden van de Veiligheidsraad, kunnen echter roet in het eten gooien door hun veto te stellen. Ze deden dat al verschillende keren sinds het begin van het conflict in 2011.
De Verenigde Staten reageerden al dat het "onmogelijk te ontkennen valt dat Damascus herhaaldelijk gebruikgemaakt heeft van chloorgas als wapen tegen haar eigen volk". "We moeten met onze internationale bondgenoten samenwerken zodat het verantwoording aflegt, met name voor de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties", aldus nog Ned Price, de woordvoerder van de Nationale Veiligheidsraad van de VS.