Alawitische leiders nemen afstand van Bashar al-Assad

In Syrië hebben een aantal leiders van de alawitische minderheid in een document een project voor de toekomst voorgesteld. Opvallend is dat ze daarbij afstand lijken te nemen van het regime van president Bashar al-Assad, nochtans zelf een alawiet. Ook het ogenblik van de verklaring is opmerkelijk.

In de acht pagina's van de "Verklaring voor de hervorming van de identiteit" stellen de leiders van de alawieten zich voor als een "derde model binnen de islam", dus los van soennieten en sjiieten. Ze stellen uitdrukkelijk dat ze "geen onderdeel zijn van de sjiitische islam".

Ook dat lijkt een terechtwijzing van het regime-Assad, dat -weliswaar noodgedwongen- de laatste tijd steeds meer afhankelijk is geworden van imamitisch-sjiitische bondgenoten zoals de Hezbollah-militie uit Libanon, Iran en Iraakse sjiitische vrijwilligers die in Syrië meevechten aan de kant van Assad en dus een alsmaar groter wordende invloed op de regering in Damascus krijgen.

In de verklaring zeggen de alawitische leiders dat ze zich kanten "tegen de sektarische broederstrijd in Syrië" en dat ze zich uitspreken voor "de waarden van gelijkheid, vrijheid en burgerschap, maar ook voor een seculiere staat waarin islam, christendom en andere religies gelijkwaardig naast elkaar kunnen bestaan".

Nog opvallend: "de legitimiteit van het Assad-regime kan enkel afgewogen worden tegen de criteria van democratie en mensenrechten", en laat het net daar zijn waar het regime al decennialang erg bloedig tegen zondigt.

Mikken op het post-Assad-tijdperk?

De verklaring van de alawitische leiders is om meer dan één reden opmerkelijk. Zo is er al de timing, net nu het regime-Assad met Russische luchtsteun opnieuw terrein kon heroveren, niet enkel tegenover de Syrische rebellen, maar ook tegen extremistische soennitische terreurgroepen zoals al-Nusra en IS.

De Assads ("leeuwen") zijn zelf lid van de alawieten die 13% van de Syrische bevolking omvatten. Traditioneel worden de alawieten beschouwd als één blok achter de Assad-dynastie, samen met andere bedreigde minderheden zoals de druzen en de christenen.

Toch klopt dat dus niet langer. Vooral vader Hafiz al-Assad (1970-2000) leek afstand te nemen van de alawieten om de grote soennitische meerderheid in Syrië niet te provoceren, terwijl zoon Bashar al-Assad eerder de sjiitische kaart lijkt te trekken in de oorlog.

De alawieten hebben echter erg zwaar geleden onder de recente oorlog. Een derde van de jongemannen onder 25 jaar zou gesneuveld zijn, veel families sturen hun kinderen naar het buitenland. De soennitische rebellengroepen met al-Nusra en IS voorop hebben ook wraak genomen op alawieten in het algemeen, die ze beschouwen als "afvalligen van de islam".

Wat weten we over de alawieten?

De oorsprong van het alawitische geloof gaat terug tot de negende eeuw. Zelf verwijzen ze naar de 11e sjiitische imam Hasan al-Askari en diens leerling Muhammed ibn Nusayr als inspirator, wat hen meteen al gehaat maakt bij de soennitische meerderheid in de islam.

De alawieten houden hun doctrine grotendeels geheim. Ze beschouwen de kalief en imam Ali, stichter van het sjiisme en neef en schoonzoon van de profeet Mohammed, als een manifestatie van God, wat hen tot "ketters" maakt bij andere moslims. Ze streven naar kennis van God via "ma'rifa", innerlijke kennis of eigen ervaring en keren zich doorgaans af van tradtionele rituelen of een letterlijke interpretatie van teksten zoals fundamentalisten doen. De alawieten ontkennen ook geen invloeden van het christendom, gnosticisme of zoroastrisme.

Geen overdrijving, want zware vervolgingen door soennieten dreven de alawieten vanuit Irak naar het bergachtige noordwesten van Syrië, Libanon en het zuiden van Turkije. De extremistische theoloog ibn Taymiyya vaardigde niet minder dan drie fatwa's af tegen hen en ook de Turkse Ottomanen vervolgden de alawieten.

Na de Eerste Wereldoorlog toen de Fransen de plak zwaaiden over Syrië, kregen de alawieten -net als de druzen- hun eigen staatje, dat nadien echter werd geïntegreerd in Syrië/ Veel arme alawieten gingen toen in het leger en dat gaf hen een grote macht na de staatsgrepen die het Assad-regime aan de macht bracht.

Meest gelezen