Akkoord tussen Japan en Zuid-Korea over seksslavinnen tijdens WOII

Historici schatten dat in totaal tot 200.000 vrouwen gedwongen werden om zich voor de Japanse militairen te prostitueren tijdens WOII. Het ging vooral om Koreaanse vrouwen, maar ook om vrouwen uit onder meer China, de Filipijnen, Indonesië en Taiwan.

In Korea is er nog veel bitterheid over het lot van de "troostmeisjes" en over de andere wreedheden die begaan zijn door Japanse militairen in de periode dat het schiereiland bezet werd, tussen 1910 en 1945. Aan de Japanse ambassade vinden er heel regelmatig demonstraties plaats (foto).

De kwestie vormde dan ook een grote hinderpaal bij de betrekkingen tussen Seoel en Tokio. Zo had de Zuid-Koreaanse presidente Park Geun-hye bij het begin van haar ambtstermijn in 2013 aanvankelijk nog geweigerd om de Japanse premier Shinzo Abe te ontmoeten.

Nu hebben beide landen een akkoord gesloten, waarbij Japan zich verontschuldigt voor de praktijk. "Shinzo Abe (foto), als de eerste minister van Japan, biedt vanuit heel zijn hart zijn verontschuldigen aan aan iedereen die pijn heeft geleden en littekens heeft opgelopen die zowel mentaal als fysiek moeilijk te helen zijn", zo deelde de Japanse minister van Buitenlandse Zaken mee na een onderhoud met zijn Zuid-Koreaanse collega.

Naast de gevraagde verontschuldigingen, stort Japan ook 7,5 miljoen euro in een fonds voor de slachtoffers. In Zuid-Korea leven nog 46 hoogbejaarde vrouwen die als seksslavin moesten werken tijdens de Tweede Wereldoorlog. Als Japan de afspraken nakomt, zal Zuid-Korea de kwestie "finaal en onherroepelijk" als afgesloten beschouwen.

Japan weigerde tot nog toe om schadevergoedingen te betalen omdat volgens hen de kwestie geregeld was in 1965, toen beide landen weer diplomatieke banden aanknoopten en Zuid-Korea meer dan 720 miljoen euro aan leningen en economische hulp kreeg van Japan.