Europa en het homohuwelijk: it’s complicated

Bijna 12 jaar geleden werd in België het eerste homohuwelijk voltrokken. Daarmee was ons land het tweede land ter wereld waar mensen van hetzelfde geslacht konden trouwen. Intussen volgden nog vele landen, vooral Europese. Maar op het oude continent blijven de houdingen tegenover het homohuwelijk intussen erg verdeeld.

In 2001 schreven onze noorderburen wereldgeschiedenis door als eerste land ter wereld het homohuwelijk te legaliseren. Twee jaar later trad België in de Nederlandse voetsporen: op 6 juni 2003 werd het eerste Belgische huwelijk tussen twee mensen van hetzelfde geslacht voltrokken, tussen Marion en haar toenmalige verloofde Christel in het Antwerpse Kapellen.

21 landen wereldwijd

De afgelopen jaren hebben druppelsgewijs regeringen binnen en buiten de Europese Unie het homohuwelijk goedgekeurd. Canada werd het eerste niet-EU land waar dit gebeurde, in 2005. Later volgden Zuid-Afrika (ook 2005), Noorwegen (2009), IJsland (2010), Argentinië (2010), Nieuw-Zeeland, Uruguay en Brazilië (allen 2013). In de Mexicaanse hoofdstad Mexico City en enkele provincies, en in 37 van de 51 Amerikaanse staten is het homohuwelijk ook gelegaliseerd.

In totaal zijn er 21 landen wereldwijd waar koppels van hetzelfde geslacht ten minste in delen van het land legaal kunnen trouwen.

11 EU-landen

Binnen de Europese Unie is het huwelijk voor twee partners van hetzelfde geslacht tot nu toe gelegaliseerd in 11 van de 28 lidstaten, waaronder dus België en Nederland. Een aparte situatie is het Verenigd Koninkrijk, waar het homohuwelijk legaal is in Engeland, Wales en Schotland, maar niet in Noord-Ierland.

In 7 lidstaten is sinds enige jaren het zogenoemde geregistreerd partnerschap toegankelijk voor holebikoppels, waardoor ze officieel samenwonen en genieten van extra rechten die voorheen niet voor hen toegankelijk waren. Vreemde eend in de bijt is Estland, waar vanaf volgend jaar een “samenlevingscontract” aangegaan kan worden tussen twee mannen of vrouwen.

De overige negen lidstaten voorzien enkel basiswetgeving die discriminatie op basis van seksuele geaardheid moet bestrijden. Er is geen wettelijk kader dat een koppel van twee mensen van hetzelfde geslacht extra rechten geeft of valideert.

Oost-Europa

Opvallend is dat de landen waar homo’s geen officiële relatie kunnen aangaan vooral Oost-Europese landen zijn, de nieuwe leden van de EU-familie. Daarnaast ontbreekt er in Italië, nochtans een van de stichtende EU-landen, ook specifieke wetgeving.

In Oost-Europa zijn er ook grote verschillen tussen de verschillende landen: in de Baltische staten bijvoorbeeld is er in Estland zoals gezegd een samenlevingscontract mogelijk, terwijl in Letland en Litouwen een overweldigende meerderheid van de bevolking tegen meer rechten voor holebi’s is. Slovenië werd eerder deze maand dan weer het eerste Oost-Europese land dat het homohuwelijk goedkeurde.

Hoe het ook zij, de houding ten opzichte van holebi’s heeft deze eeuw geen enkele lidstaat onberoerd gelaten. Terwijl het ene land het huwelijk legaliseerde, werd in het andere land net expliciet in de grondwet verankerd dat het huwelijk enkel een unie tussen twee mensen van met een verschillend geslacht kan zijn, waardoor het homohuwelijk dus expliciet verboden wordt. Eenparigheid is er dus allerminst.

Geen Europees initiatief

Vooralsnog is het initiatief om het homohuwelijk toe laten vanuit de lidstaten zelf gekomen, en niet opgelegd door de Europese Unie. Dat bewees ook een rechtszaak uit 2010 tussen twee Oostenrijkse homomannen en de Oostenrijkse staat voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg.

De Oostenrijkers Schalk en Kopf zagen het verbod voor hen om met elkaar te trouwen als een schending van hun mensenrechten en stapten naar het Hof. Dat Hof pleitte in het voordeel van de Oostenrijkse staat en gaf als argumentatie dat artikel twaalf van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, betreffende het recht op huwelijk, een afzonderlijke overheid niet kan dwingen twee mensen van hetzelfde geslacht met elkaar te laten trouwen.

Op het vlak van discriminatiewetten heeft Europa dan wel weer stappen ondernomen: het Verdrag van Amsterdam in 1999 betekende de doorstart voor een Europese richtlijn die discriminatie op basis van onder meer seksuele geaardheid verbood in alle lidstaten. Dat werd later nog eens bevestigd in het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie, dat in december 2000 formeel werd aangenomen door het Europees Parlement. Sommige landen die deze eeuw bij de Europese Unie kwamen, moesten onder meer hun wetten over discriminatie aanpassen om toegelaten te worden.

Debat

Het enige concrete dat tot dusver uit de EU-bus is gekomen voor de bescherming van de nationale holebi-rechten, is een debat dat in november 2013 werd gehouden.  

In het debat werd gepleit voor een uniforme regeling die het vrije verkeer van werknemers binnen de EU-landen garandeert, inclusief de individuele rechten van de werknemers in hun respectievelijke landen. Hieronder vallen dus ook geregistreerde huwelijken of partnerschappen tussen twee personen van hetzelfde geslacht.
Of er uit dit debat ook iets concreets zal voortvloeien, moet nog blijken.

Meest gelezen