Europese moederschoot in het vizier

De blauwe vlag met twaalf gouden sterren is groot, erg groot. Ze wappert flauwtjes naast de qua omvang equivalente Bulgaarse vlag. We zijn net de grens met Turkije overgestoken, en nu het niemandsland bijna op is, naderen we het grondgebied van de Europese Unie.
Hannes Blommaert

Mijn zoon Hannes neemt een foto van de twee trotse doeken. Een grenswachter begint meteen met zijn armen te wuiven. “Na granice foto moto problem,” brabbelt hij in een vreemdsoortig maar in zijn ogen universeel taaltje. Tegelijk maakt hij een gebaar van geboeide handen.

Gedwee laat Hannes het criminele kiekje zien, de man herhaalt zijn zinnetje nog een keer en besluit vervolgens dat het weinig zin heeft om te blijven dramatiseren. We rijden door tot bij het Bulgaarse grenscomplex, waar tientallen auto’s roerloos staan aan te schuiven.

Hoe zal de EU reageren op onze auto?

Ik overpeins dat dit wel eens de moeilijkste grens zou kunnen worden van alle landsovergangen die we tot nu toe gepasseerd zijn. De EU met haar ontelbare regeltjes, hoe zou die reageren op onze onclassificeerbare Chinese auto?

Het buitenrijden uit China bleek moeilijk, maar sindsdien hadden we eigenlijk weinig problemen aan de opeenvolgende grenzen. Zelfs de gevreesde douaneformaliteiten in Iran vielen al bij al nog mee. Maar nu de eigen Europese moederschoot in het vizier komt, schiet mijn adrenalinepeil plots de hoogte in.

De trage filevoortgang bezorgt me nog een extra opstoot van nervositeit. Als het uiteindelijk onze beurt is, wordt mijn onaangenaam voorgevoel realiteit in de vorm van een norse grenswachter.

“Autodocument en verzekeringspapier.” De Chinese registratie legt hij naast zich neer wegens voor hem onbegrijpelijke Mandarijnse karakters, en als we onze smartphone tonen met een scan van de polis, schudt de man met zijn hoofd. “Zo werkt het niet, ik heb het origineel nodig.”

Hannes Blommaert

Ik leg uit dat de Europese verzekering enkele dagen geleden elektronisch werd afgesloten bij een verzekeringsmaatschappij in de Bulgaarse hoofdstad Sofia, 300 kilometer verderop, en dat we hem dus onmogelijk het origineel kunnen geven.

Diepe zucht, het glazen luikje gaat dicht. Ik zie de man bellen, ongetwijfeld met zijn baas. Na eindeloze minuten en begrijpelijke ergernis in de rij achter ons gaat het luikje weer open. We moeten de smartphone opnieuw overhandigen, er wordt wat op het klavier getokkeld, en daar weerklinkt de verlossende klikklak van de stempel.

Het heerlijkste geluid dat er bestaat. Europa laat ons binnen. Wellicht heeft de baas iets gezegd in de stijl van: “Als je in dit geval volgens het boekje gaat werken, dan wordt het echt een groot probleem, want deze affaire is onoplosbaar.” En dus kreeg rede de overhand. Kafka is morsdood. Zo zou het altijd moeten gaan.

Plovdiv als indrukwekkend Romeins theater

Plovdiv is een charmante plek. “De oudste permanent bewoonde stad ter wereld,” zo krijg ik meermaals te horen. De geschiedenis van Plovdiv gaat 6.000 jaar terug, en daarmee doen ze hier nog beter dan de Chinezen, die graag opscheppen over hun 5.000 jaar oude cultuur. Pal in het centrum zijn er helderwitte overblijfselen van een Romeins stadion.

Een korte wandeling door de hoofdstraat met zijn negentiende-eeuwse woningen brengt de bezoeker naar een indrukwekkend Romeins theater, dat pas in de jaren zeventig van de vorige eeuw – na een aardbeving – werd ontdekt.

Zoals we het op deze reis intussen gewend zijn, is ons verblijf te kort om de genieten van de historische bezienswaardigheden. We moeten alweer verder, naar de hoofdstad Sofia.

Hannes Blommaert

En wel voor worstelen. Het was nooit bij me opgekomen dat ik in dit leven nog een volgestouwd sportcentrum zou betreden om er te staren naar innig verstrengelde mannenlijven. De kampioenen op de mat worden luid toegejuicht door honderden enthousiastelingen die er blijkbaar in slagen om hun aandacht te verdelen over verschillende matchen tegelijkertijd.

Voor mij als absolute leek verloopt het allemaal wat chaotisch. Mijn oude vriend Dimitar vertelt me dat worstelen een bijzonder populaire sport is in Bulgarije. Ze leverde het land doorheen de jaren honderden gouden medailles op. Ons bezorgt ze markante beelden die een ietwat ander onverwacht aspect belichten van het voor de gemiddelde Belgische kijker sowieso onbekende Balkanland.

Hannes Blommaert

"Oostbloklanden waren niet klaar voor de EU"

Lang kan ik mijn aandacht niet gaande houden, ik praat met Dimitar over de toestand in zijn land. Toen Bulgarije in 2007 samen met Roemenië lid werd van de Europese Unie, was er veel scepsis onder westerse politici. Velen betwijfelden of de twee voormalige ‘Oostblok’-landen wel klaar waren om lid te worden van de EU.

Intussen is iedereen het erover eens dat ze dat niet waren. Maar het was politiek belangrijk om ze te laten toetreden. Nu, acht jaar later, is er ook bij veel Bulgaren het besef dat het toen te vroeg was voor het EU-lidmaatschap. En dat Europa geen wondermiddel is.

De toestand is er niet echt op verbeterd, zegt Dimitar. En de financiële crisis heeft hier hard toegeslagen. De mensen verlangden naar een beter leven, en dat is er maar mondjesmaat gekomen.

Elke omwenteling eindigt zo. Grote verwachtingen, grote teleurstellingen. Maar lang niet alles is doem in Bulgarije. In Plovdiv vond ik alvast een lichtpunt: de toeristische ontwikkelingsmogelijkheden.

Niet in het minst omdat deze plek is uitgekozen om in 2019 Culturele Hoofdstad van Europa te worden. Toen Bulgarije nog een doodsaaie satellietstaat van de Sovjet-Unie was, zou ik nooit enig mooi woord voor het land hebben overgehad. Nu ligt dat anders. Een vakantie in de Bulgaarse bergen, dat moet zeker te promoten zijn. En natuurlijk: het worstelen.

Meest gelezen