Het Europees Parlement draait de kraan toe voor kernfusieproject ITER

De commissie Begrotingscontrole van het Europees Parlement weigert de rekeningen van 2013 van het kernfusieproject ITER goed te keuren. Ze spreekt van geldverspilling en verkeerd management. Volgens Bart Staes (Groen) zijn de stijgende kosten van ITER - in 2006 geraamd op 5,9 miljard euro, nu op 16 miljard - een hold-up van de Europese belastingbetalers en toekomstige generaties.

Elk jaar moet het Europees Parlement goedkeuring verlenen aan de rekeningen van alle Europese instellingen en agentschappen. Het voorbereidende werk van die kwijtingsprocedure gebeurt in de commissie Begrotingscontrole. Daar vond vandaag en gisteren een marathonzitting plaats waar gestemd werd over de rekeningen van 2013.

Het ITER-project, waar de EU een van de partners is, kreeg geen kwijting van de commissie. Met het in Zuid-Frankrijk gevestigde ITER zal onderzocht worden of het wetenschappelijk en technisch haalbaar is om kernfusie te gebruiken als een toekomstige, commercieel bruikbare energiebron.

"Behalve de buitensporige kosten is een groot bezwaar dat we niet eens met zekerheid kunnen zeggen of dit project ooit 1 kilowattuur elektriciteit zal produceren", legt commissielid Bart Staes uit. "Als dat al gebeurt, is dat volgens experts zeker niet voor 2050, maar eerder 2080."

In 2011 bracht Staes een inspectiebezoek aan ITER en het project bleek toen niet meer dan een grote bouwput, herinnert hij zich. "Dit dure project is onverantwoord en onbegrijpelijk als je ziet onder welke extreem hoge druk de nationale begrotingen staan."

De commissie vraagt nu meer bewijsmateriaal van ITER dat het zijn toegezegde subsidies goed besteed heeft. Het voltallige halfrond stemt in oktober over kwijting van ITER.

Meest gelezen