Huiszoeking bij Brits parlementslid over kindermisbruik

De politie doorzocht de woning in Leicestershire gisteren. De 68-jarige Proctor ontkent dat hij ooit deel heeft uitgemaakt van een groep mannen die "schandknapen" huurde of dat hij ooit seksfeestjes heeft bijgewoond waar prominenten aanwezig waren. Hij zei te hopen dat de politie hem zo snel mogelijk ondervraagt.

De huiszoeking maakte deel uit van "Operation Midland", een onderzoek naar beschuldigingen dat hooggeplaatste mannen in de jaren 70 en 80 jongens zouden hebben misbruikt.

Het zou gaan om een groep machtige mannen uit de politiek, het leger en de politie die jongens zouden hebben misbruikt in het zuiden van Engeland en Londen, en vooral in het Dolphin Square landgoed in Pimlico, in het zuidwesten van Londen. Er wordt ook beweerd dat drie jongens vermoord zouden zijn. 

Harvey Proctor was parlementslid voor de Conservatieven van 1979 tot 1987. In 1986 doken er beweringen over zijn seksleven op in de kranten, als zou hij seks gehad hebben met mannelijke prostituees tussen 17 en 21 jaar oud.

De minimumleeftijd voor seks tussen mannen was toen 21 en Proctor werd beschuldigd van "gross indecency" - flagrante onfatsoenlijkheid -, een beschuldiging die vooral gebruikt werd om homoseksuele mannen te vervolgen bij wie niet bewezen kon worden dat ze sodomie hadden gepleegd. Proctor nam in 1987 ontslag als parlementslid, kort voor zijn proces, waar hij schuldig pleitte en een boete kreeg van 1.450 pond.