Thailand wil 250 ex-parlementsleden vervolgen
De lijst met vervolgde parlementsleden is opgesteld door de Nationale Anticorruptie Commissie (NACC). De lijst zal nu worden voorgelegd aan de grondwetgevende vergadering die vorig jaar is samengesteld uit getrouwen van de legertop.
Die raad kan dan beslissen om de genoemde parlementsleden te verbieden om aan politiek te doen en dat voor een periode van vijf jaar. Vorige maand was dat ook al gebeurd met de afgezette premier Yingluck Shinawatra (boven), de zus van de in 2006 door het leger afgezette Thaksin Shinawatra.
Opvallend is dat van de 250 vervolgde parlementsleden er 223 zijn van de Puea Thai, de partij van Shinawatra. Hen wordt verweten dat ze in 2013 voor een wet gestemd hebben over de hervorming van de Senaat. Daardoor is het hogerhuis een direct verkozen vergadering geworden. Volgens de aanklagers was dat "ongrondwettelijk en een poging om de democratie omver te werpen".
"Hameren tegen de Shinawatra's"
De lijst is een nieuwe maatregel om de invloed van de Shinawatra-familie in Thailand te vernietigen. Dat zegt Paul Chambers, directeur van het Instituut voor Zuidoost-Aziatische Studies van de Chiang Mai Universiteit in het noorden van Thailand.
Door het buitenspel zetten van 223 van de Puea Thai wil de militaire junta de grootste partij van Thailand onderuit halen met het oog op nieuwe verkiezingen in 2016. Die zouden dan de "democratie moeten herstellen".
De Shinawatra's hebben sinds 2001 alle vrije verkiezingen gewonnen in Thailand. In 2006 werd toenmalig premier Thaksin Shinawatra door het leger afgezet. Nadien wonnen zijn aanhangers opnieuw de verkiezingen, maar werden die telkens door of massaal straatprotest of door het grondwettelijk hof afgezet. Vorig jaar werd Yingluck Shinawatra, de zus van Thaksin, als premier afgezet na maanden van woelig straatprotest, een beslissing van het grondwettelijk hof en het leger.
De legertop kan daarbij rekenen op het koninklijk hof dat nog altijd grote invloed heeft in Thailand. De rijke familie Shinawatra steunt vooral op de grote arme bevolking op het platteland, vooral dan in het achtergebleven noorden en oosten van het land.
