Regering van Zweden is na 2 maanden gevallen
Het is voor het eerst in meer dan 50 jaar tijd dat de Zweedse regering valt, maar eigenlijk stond het al een beetje in de sterren geschreven. De toenmalige centrumrechtse regering verloor in september fors de verkiezingen waardoor de linkse partijen - ondanks een status quo - meer zetels haalden. Het was vooral de extreemrechtse partij Sverigedemokraterna die heel wat zetels won, maar niemand wou met hen regeren. De nu gevallen centrumlinkse coalitie trad in oktober dan ook met een minderheid aan en werd gezien als de zwakste Zweedse regering in vele tientallen jaren.
De regering probeerde nu de begroting door het parlement te krijgen, maar de centrumrechtse oppositiepartijen (die de vorige regering vormden) en vooral de antimigratiepartij Sverigedemokraterna zetten het licht op rood. Volgens die laatste partij gaat er te veel geld naar de opvang van migranten. De partij wil een strenger migratiebeleid en heeft daarom tegengestemd.
Premier Stefan Löfven kon niet anders dan nieuwe verkiezingen uitroepen. Hij verwijt de centrumrechtse partijen ervan Sverigedemokraterna de facto een vetorecht te hebben gegeven. Hun voorzitter Jimmie Akesson noemde zich in september - als grote overwinnaar van de verkiezingen toen - "de meester van het spel" en dat is nu dus ook gebleken. De val van de regering noemt hij nu "een kans voor de kiezers om het politieke landschap in Zweden te hertekenen".
Politieke analisten waarschuwen er voor dat nieuwe verkiezingen niet noodzakelijk een oplossing zullen bieden en vrezen een politieke impasse. Op korte termijn kan de Zweedse economie evenwel - dankzij een lage overheidsschuld en relatief sterke groei - een politieke crisis aan.