Goedele Wachters: "Ik vreet al drie dagen behoorlijk wat insecten"

Van 25 tot 28 mei rijdt "Het Journaal"-anker Goedele Wachters de 1.000 kilometer van Kom op tegen Kanker, een groots fietsevenement dat waanzinnig veel geld opbrengt voor de strijd tegen kanker. "Ik ben er met grote trots meter van (samen met Eva De Roo, en peters Jan Paternoster en Bart Van Avermaet)", zegt Wachters. Ze doet haar verhaal aan ons. Vandaag het derde luik.

Vliegjes en muggen zijn ook eiwitten zeker? Gelukkig maar, want de combi van het broeierige weer en mijn permanente glimlach maakt dat ik al drie dagen behoorlijk wat insecten vreet... Maar ik geniet volop. Het fietsen gaat goed, het weer is top en we zijn tot nu toe gespaard gebleven van groot onheil.

Dus ik geniet. Vooral van de gesprekken onderweg. Mag ik je voorstellen? Dit is Armand:

Armand draagt ROZE overschoenen, jawel. Geen geval van geweldig foute styling, maar een gift van de organisatie. Die overschoentjes zijn een waar statussymbool in de 1.000 kilometer van KOTK, want ze zijn voorbehouden voor de krakken die in hun eentje de volle 1.000 kilometer rijden: elke dag 250 kilometer. Armand is zo'n krak. Ik rij nog niet lang naast hem, wanneer hij zegt: "Ik heb de motivatie niet ver moeten zoeken".

Z’n vrouw voert al een hele tijd een harde strijd tegen kanker. Zoals zovelen met vallen en opstaan. Met afschuwelijke episodes. Behandelingen die aanslaan, en dan toch weer niet. En toch bleven Armand en z’n vrouw niet bij de pakken zitten. Al fietsende gaf Armand een soort positieve draai aan de situatie.

"Maar een solorijder moet ook in z’n eentje die 5.000 euro startgeld verzamelen...", begin ik. "Geen énkel probleem", zegt Armand snel: "Ik heb gewoon mijn familie en kennissenkring gevraagd om een gift te storten. En binnen de kortste keren had ik het bedrag bij elkaar." Wow. Respect, Armand. Respect, gulle gevers.

"We trappen allemaal in spandex voor hetzelfde doel"

Ik weet intussen ook helemaal waarom ik het niet erg meer vind om in zo’n potsierlijke koerstenue te zitten: in de pelotons zien we er allemaal even belachelijk uit en dat schept een band. Het maakt niet echt uit wat je voorts doet in het leven: hier trappen we allemaal samen in spandex voor datzelfde prachtige doel.

Nu ja.... soms maakt het werk wél een verschil: ik raak aan de praat met twee kerels die fietsen in een VITO-tenue. Ze werken voor het befaamde onderzoekscentrum in de Kempen, en vertellen met enige trots dat er daar baanbrekend onderzoek gedaan wordt naar manieren om kanker te voorspéllen: via analyse van allerlei lichaamsstalen zou het zo mogelijk worden om preventief in te grijpen.

Hoe geweldig zou dàt zijn? En het wordt nog knapper: VITO haalt ook beurzen binnen van... jawel: Kom op tegen Kanker. Ik trap plots weer wat vlotter, want ja DIT is waarvoor die kilometers zo nodig zijn!

"Ik ben een beetje trots op mezelf"

Trappen... oh ja, we zijn nog altijd aan het fietsen. Ik zei het al, dat gaat goed. Ik had nooit durven dromen dat het zo vlot zou lopen. Vandaag bij aankomst in Ingelmunster 375 kilometer op de teller: morgen nog mijn laatste 125. Toegegeven, ik ben een beetje trots op mezelf. Een heerlijk moment was onze doortocht in de Ghelamco Arena in Gent: fietsen in de voetbaltempel, het had wel wat:

Eén lastiger momentje wel: ter hoogte van Dentergem speelde een strakke wind me ferm parten - ik voelde mijn hart racen en mijn gesprekken stilvallen... Maar daar was het fietsteam van de Mechelse politie: mijn oprechte dank aan de breedgeschouderde renner die zo vriendelijk was om me uit de wind te zetten, zoals dat dan heet. Lang leve de arm der wet!

Ik heb me bedacht dat ik het morgen lastig ga krijgen bij de aankomst. Het emobeestje in me kwam al boven bij de gedachte alleen... Wie wil komen steunen, altijd welkom: rond 19.30 uur rij ik - als alles goed gaat - over de finish op de Grote Markt in Mechelen. Tot dan!

Meest gelezen