Kinderopvang moet peuters meer uitdagen: "We zijn geen school"

In crèches en bij onthaalouders zou er meer tijd mogen gaan naar de educatieve ontwikkeling van peuters. Die worden nu te weinig gestimuleerd en uitgedaagd, zo blijkt uit onderzoek van Kind & Gezin. In "Hautekiet" op Radio 1 reageren enkele mensen uit de kinderopvang nuancerend. "De werkdruk ligt hoog, en als onthaalouder ben je geen school."

Via de MeMoQ-tool (Meten en Monitoren van pedagogische Kwaliteit, nvdr) is bij 200 crèches en evenveel onthaalouders op een schaal van 1 tot 5 gemeten hoe goed de kinderopvang scoort op 6 parameters. Wat blijkt: peuters voelen zich goed in hun vel in de crèche, en hun opvoeders zorgen op emotioneel vlak goed voor hen.

Op twee parameters wordt minder goed gescoord: peuters zijn niet altijd geboeid bezig in de dagopvang, en hun opvoeders hebben op educatief vlak niet altijd voldoende aandacht voor hen, zo blijkt uit het onderzoek. Met de algemene kwaliteit van de kinderopvang in Vlaanderen zit het goed, maar er zijn werkpunten, wat de verstandelijke ontwikkeling van kinderen jonger dan 3 jaar betreft. Zo zou er door opvoeders te weinig verbaal en non-verbaal met jonge kinderen gecommuniceerd worden.

Sector: "Hoge werkdruk en slecht statuut"

Lieve Schatmans, die 30 jaar ervaring heeft als onthaalmoeder, nuanceert een en ander in "Hautekiet". "Toen ik begon met kinderopvang, was alles anders. Bij een onthaalmoeder werden kinderen opgevangen in een huiselijke omgeving, dat was alles. 30 jaar later zijn er veel regels bij gekomen. Dat neemt de charme van ons beroep wat weg, én het verhoogt de druk op ons en op de kinderen", zegt ze.

"Ze moéten op een bepaalde leeftijd dit en dat kunnen. Maar een kinderopvang is geen school. Laten we eerlijk zijn: een kind stimuleren, dat is voor het grootste deel een taak van de ouders", aldus Schatmans. Volgens haar wordt kinderopvang onderschat én ondergewaardeerd. "Ons statuut stelt niet veel voor, maar goed, daar heb ik zelf voor gekozen destijds. Niet alle kinderen zijn gelijk, dus een algemene aanpak werkt niet. Dat is niet te onderschatten."

Pedagoog: "Ouders écht wel tevreden"

Michel Vandenbroeck, hoofddocent gezinspedagogiek aan de UGent, erkent in "Hautekiet" het probleem rond het statuut van onthaalouders, en de werkdruk. "Laat me duidelijk zijn: het is een zwaar beroep. Onthaalouders en kinderverzorgsters moeten zeer flexibel zijn, kloppen lange dagen, en hun loon is niet echt evenredig. We zeggen zeker niet dat opvang schoolser moet worden, maar er zijn wel enkele werkpunten", zegt hij.

"Al zeg ik daar meteen bij dat kinderopvang erg complex is: elk kind is anders, dus je moet zeker over de vaardigheid beschikken om elk kind individueel goed te lezen, en daarop in te spelen", nuanceert Vandenbroeck. "Dat kan je leren. Al is het logisch dat de interactie en de pedagogische aandacht voor kinderen afneemt, naarmate dat je als onthaalouder meer kindjes opvangt."

Ook de maatschappelijke waardering kan beter, maar uit het onderzoek blijkt wel dat ouders in het algemeen écht tevreden zijn over de kinderopvang. "Hun tevredenheid hangt trouwens niet per se samen met de kwaliteit van de opvang, zo blijkt uit ons onderzoek", aldus nog Vandenbroeck. "Als je voltijds werkt, dan is het fijn dat iemand je kinderen bijzonder goed mee opvoedt en dingen leert. Zeker als kersverse mama is die ondersteuning enorm welkom", aldus Elisabeth, moeder van twee, in "Hautekiet".

Meest gelezen