Leerlingen krijgen goedgekeurde toetsen op einde basisonderwijs
Om een zicht te krijgen of de school kwaliteitsvol onderwijs aanbiedt hebben scholen goede instrumenten nodig. Scholen doen dit nu al aan de hand van:
- de toets van het Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap (OVSG-toets),
- de toets van het Katholiek Onderwijs Vlaanderen (de interdiocesane proeven of IDP),
- daarnaast maken sommige scholen gebruik van paralleltoetsen.
Dit zijn wetenschappelijk onderbouwde toetsen die in het kader van de peilingen van de overheid ontwikkeld worden en nagaan in welke mate leerlingen de eindtermen beheersen.
Om de bestaande toetsen te valideren gaf Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen de opdracht om een onderzoek uit te voeren naar de validiteit en de betrouwbaarheid van de toetsen. Uit het onderzoek blijkt dat zowel IDP als de OVSG-toets van voldoende kwaliteit zijn om opgenomen te worden in een ‘toolkit met gevalideerde toetsen’. De toets-toolkit wordt op de website van het Departement Onderwijs en Vorming gepubliceerd.
Twee leergebieden naar keuze
Vanaf volgend schooljaar zullen alle leerlingen op het einde van het basisonderwijs deelnemen aan een gevalideerde toets van minstens twee leergebieden naar keuze. Het kan bijvoorbeeld over Nederlands en wiskunde gaan of over wiskunde en Frans. Op grond van deze toetsen kunnen scholen lessen trekken over hun onderwijskwaliteit.
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits: “Nu al maken 9 op de 10 basisscholen in Vlaanderen gebruik van bestaande toetsen. Die toetsen zijn nu wetenschappelijk gevalideerd zodat alle leerlingen op het einde van het basisonderwijs de toetsen kunnen afleggen. De resultaten van de toetsen helpen scholen in het kader van hun eigen kwaliteitsbeleid. De uiteindelijke evaluatie van de leerlingen die de overstap maken naar het secundair onderwijs blijft de autonomie van de scholen.”