Aantal vroegtijdige schoolverlaters daalt voor zesde jaar op rij

Het aantal leerlingen dat het secundair onderwijs verlaat zonder diploma is voor het zesde jaar op rij gedaald. Ongeveer een op de tien leerlingen -11 procent om precies te zijn- gaat vroegtijdig van school. De daling doet zich voor in zowat alle onderwijsvormen, vooral in het beroepsonderwijs.

Vroegtijdige schoolverlaters zijn niet-leerplichtige leerlingen (18-25 jaar) die het secondair onderwijs verlaten zonder diploma. Voor het zesde jaar op rij daalt hun aantal, blijkt uit het nieuwe rapport Vroegtijdig Schoolverlaten in het Vlaams Secundair Onderwijs.

In het schooljaar 2014-2015 verliet 11 procent van de leerlingen vroegtijdig de schoolbanken, terwijl het in 2009-2010 nog om 12,9 procent ging.

In de toekomst wil minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) de meetmethode trouwens laten aanpassen, want een groep jongeren uit het buitengewoon onderwijs die geen kwalificatie kan halen, wordt nu ten onrechte bestempeld als vroegtijdige schoolverlater. Als deze groep niet zou worden meegeteld, zouden er slechts 9,5 procent vroegtijdige schoolverlaters zijn.

Crevits is tevreden met de zesde daling op rij, al blijft er nog werk aan de winkel. "We hebben nog een hele weg af te leggen", zegt ze. "Deze ambitie zit verweven in de geplande modernisering van het secundair onderwijs, het duaal leren, de focus op het halen van een secundair diploma in het volwassenenonderwijs en het actieplan Samen tegen Schooluitval."

Waar zitten de meeste vroegtijdige schoolverlaters?

De provincie met de minste vroegtijdige schoolverlaters, is West-Vlaanderen. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest doet het het minst goed:

  • West Vlaanderen: 8,8%
  • Vlaams-Brabant: 9,5%
  • Oost-Vlaanderen: 9,9%
  • Limburg: 10,4%
  • Antwerpen: 13,5%
  • Brussels Hoofdstedelijk Gewest: 18,8%

Centrumsteden doen het minder goed dan het Vlaamse gemiddelde. In Antwerpen (22,1%), Mechelen (19,3%) en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (18,8%) verlaat bijna 1 op de 5 leerlingen de schoolbanken zonder diploma, al is er ook daar een positieve evolutie.

In 10 van de 13 Vlaamse centrumsteden is er een daling van vroegtijdige schoolverlaters. Sterke dalers zijn Antwerpen, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Genk en Gent. In steden als Mechelen, Roeselare en Turnhout neemt de problematiek dan weer juist toe.

Opleidingsniveau van de moeder is cruciaal

Het aantal vroegtijdige schoolverlaters daalt in de meeste onderwijsvormen, maar het beroepsonderwijs laat de grootste daling noteren. In 2009-2010 waren er daar nog 19,5% vroegtijdige schoolverlaters, terwijl hun aantal in 2014-2015 nog maar 14,3% bedroeg.

Zittenblijven blijft een belangrijke voorspeller voor schoolse uitval. Bijna elke vroegtijdige schoolverlater heeft een of meerdere jaren achterstand opgelopen.

Het opleidingsniveau van de moeder heeft een belangrijke invloed op de onderwijskansen. De kans dat een kind van een hoogopgeleide moeder het onderwijs vroegtijdig verlaat, ligt ruim 7 keer lager dan bij de kinderen van moeders die het lager onderwijs niet hebben afgerond. Ook niet-Belgen lopen meer kans op vroegtijdig schoolverlaten. Bijna 1 op de 5 vroegtijdige schoolverlaters heeft niet de Belgische nationaliteit.

Meest gelezen