Gemeenschapsonderwijs richt pijlen dit schooljaar op burgerschap
"Het is een bijzondere dag voor ons, want we starten vandaag (op de eerste dag van het nieuwe schooljaar, nvdr.) met ons vernieuwd pedagogisch concept", zegt Verdyck in "De ochtend". Dat nieuwe concept start vanochtend al met de ondertekening van het "PPGO!" in zowat alle GO!-scholen. Een "symbolisch moment" volgens de topvrouw, dat meteen ook het engagement moet laten zien van alle medewerkers om meer dan ooit werk te maken van actief burgerschap en samen leren samenleven.
Het blijft echter niet bij een symbolische ondertekening van een paneel dat ergens kan worden opgehangen. Vandaag wordt namelijk ook de "burgerschapsbooster" gelanceerd, die in alle scholen door de leerlingen zal worden ingevuld. "Uit die test moet blijken hoe het zit met burgerschap bij onze leerlingen. Daar kunnen we dan mee aan de slag gaan in onze scholen."
Vanaf januari gaat Verdyck zelfs nog een stap verder. Dan start ze met een proefproject waarbij in tien scholen het vak "burgerzin" zal worden gegeven. "Onze baseline is "samen leren, samen leven". We willen van onze leerlingen actieve burgers maken die met respect voor elkaar omgaan. Dat moet over alle vakken heen aan bod komen, maar in een apart moment kan daar meer ruimte voor worden gemaakt. Ik denk dat we als onderwijs echt het verschil kunnen maken, als je ziet dat na de aanslagen leerlingen spontaan filmpjes begonnen te maken waarin ze verklaarden met elkaar te willen samenleven."
Lieven Boeve, de topman van het katholieke onderwijs, feliciteert zijn collega met het nieuwe project en benadrukt dat ook hij in zijn scholenkoepel bezig is met diversiteit. "Wij zetten vooral in op dialoog met anderen. Vanuit een verschillende identiteit willen wij komen tot een democratische samenleving. Je hoeft niet te kiezen tussen identiteit of openheid. Godsdienst vertrekt juist vanuit gastvrijheid."
"Meer middelen nodig"
Exact één jaar geleden werd het M-decreet ingevoerd dat ervoor moet zorgen dat kinderen met een beperking of specifieke behoeftes ook in het gewone onderwijs terechtkunnen en niet langer allemaal naar het buitengewoon onderwijs moeten. "We hebben daar momenteel een goed gevoel bij, maar er moet structureel meer gebeuren", zegt Boeve. "We moeten echt nadenken over ons organisatiemodel, over hoe leerlingen worden gefinancierd en hoe de middelen de leerlingen volgen."
Maar Boeve en Verdyck zijn duidelijk: er zijn meer middelen nodig. "De ondersteuning die we nu krijgen is op een aantal plekken niet voldoende", zegt Verdyck. "Een M-decreet stemmen is één ding, maar iedereen die het stemde wist dat er meer middelen moesten komen", zegt ook Boeve. "Zo pleit de minister ook voor co-teaching (twee leerkrachten die in één klas staan, nvdr.), maar dan heb je echt wel wat meer personeelsmiddelen nodig om dat te kunnen doen."