Belg eet minder vlees
De aankoop van vlees voor thuisverbruik daalde tussen 2002 en 2015 met een kwart. In 2002 ging het nog om 27,1 kilogram per capita, vorig jaar daalde dat naar 19,9 kilogram.
De Belg blijft wel een vleeseter. Binnen de korf van vlees, vis en gevogelte daalt het volume-aandeel van vlees weliswaar onder de 57 procent, maar dat is nog altijd het hoogste aandeel. Gevogelte wint aan belang. De daling van de vleesaankopen doet zich voor in alle regio's en bijna alle bevolkingsgroepen. Uitzondering zijn de alleenstaanden onder de 40. Bij hen zat vlees vorig jaar opnieuw wat in de lift.
Het vleesverbruik blijft gedomineerd worden door de vleesmengelingen, zoals worsten, hamburgers en gemengd gehakt. Zijn de vleesmengelingen qua volume de grootste categorie, in waarde worden ze ingehaald door rundvlees. In 2015 lag de gemiddelde prijs van rundvlees iets hoger dan het jaar voordien.
Paarden- en orgaanvlees vinden nog moeilijk afnemers. Orgaanvlees werd acht jaar geleden door één op de vier Belgen gekocht. In 2015 was dat slechts één op de zes. Ook paardenvlees zit in een neerwaartse trend. Dertien gezinnen op honderd kochten in 2015 vers paardenvlees. In 2008 waren er dat nog 25.
De grootdistributie blijft het belangrijkste aankoopkanaal voor vers vlees, met bijna 41 procent marktaandeel. De slager kon vorig jaar wat terrein terugwinnen en steeg van 23,7 naar 24,1 procent marktaandeel.
Marktonderzoeksbureau GfK Belgium volgt in opdracht van VLAM continu de voedingsaankopen voor thuisverbruik bij 5.000 Belgische gezinnen.