Electrabel doet koopje: nucleaire rente ruim gehalveerd
De federale regering en Electrabel hebben op een persconferentie meer uitleg gegeven over het akkoord dat ze gisterenavond hebben gesloten over de levensduurverlenging van Doel 1 en Doel 2. Centraal in de discussie staat de belasting die producent Electrabel moet betalen op het langer openhouden van die reactoren. De producent zat in een gemakkelijke onderhandelingspositie, want de regering moest voor middernacht een akkoord op zak hebben.
Dat laatste is merkbaar aan het akkoord, want de nucleaire rente wordt ruim gehalveerd. Moest Electrabel tot nog toe 400 à 500 miljoen euro per jaar ophoesten, dan daalt dit voor 2015 naar 200 miljoen euro. Volgend jaar is dat nog slechts 130 miljoen euro. Voor de jaren 2017, 2018 en 2019 wordt een variabele formule gehanteerd waarbij er minstens 150 miljoen euro moet worden betaald. De cijfers voor 2020 tot en met 2025 zijn er nog niet, maar ook daar zal worden uitgegaan van minstens 150 miljoen euro.
"Er is dus altijd een minimumgarantie voor de staat", zegt minister Energie Marie-Christine Marghem (MR) die benadrukt dat het geld zal worden gebruikt om te investeren in groene energie. Per jaar zou zo'n 20 miljoen euro van de nucleaire rente in een energietransitiefonds gestopt worden. "We zijn de komende jaren zeker van stroom én kunnen investeren in nieuwe vormen van groene energie. We richten ons expliciet op de lange termijn."
In ruil voor de lagere nucleaire rente zal Electrabel langdurig investeren in ons land. "We investeren 600 miljoen euro in Tihange en 700 miljoen euro in Doel", klinkt het. "Electrabel is de grootste producent van groene stroom in ons land. We willen onze productie van windenergie tegen 2020 verdubbelen."
