Buitenlandse adopties in België gehalveerd in 4 jaar tijd

Het aantal buitenlandse adopties in België is zowat gehalveerd in vier jaar tijd, van 394 in 2010 tot 213 in 2013. Dat is deels te verklaren door het feit dat de landen waar de kinderen vandaan komen, zelf beter in staat zijn om vondelingen of weeskinderen op te vangen. Anderzijds zijn er te weinig kinderen die aan onze "hoge" eisen voldoen.

Volgens Didier Dehou, verantwoordelijke van de adoptiecentrale bij de Franse Gemeenschap, is de daling onder meer te wijten aan de verbeterde omstandigheden in de ontwikkelingslanden. "Vaak zijn het vondelingen die worden geadopteerd, maar door de betere levensomstandigheden zijn er steeds minder kinderen die aan hun lot worden overgelaten", zegt hij in La Dernière Heure.

Bovendien, zo zegt Dehou, ontstaat in veel ontwikkelingslanden een nieuwe middenklasse die zich een adoptie kan veroorloven. Omdat de Conventie van Den Haag de voorkeur geeft aan adoptie in eigen land, worden kinderen dan ook eerst aan hen toevertrouwd. Pas als er geen kandidaat-ouders zijn in eigen land, wordt buiten de grenzen naar een oplossing gezocht. 

Maar ook bij ons ligt een mogelijke verklaring voor de daling. Kandidaat-adoptieouders stellen vaak hoge eisen -het kindje moet liefst zo jong mogelijk én gezond zijn-, een profiel dat door de binnenlandse adoptie in de ontwikkelingslanden zelf steeds minder voorhanden is. "En ten slotte kan ook de economische crisis een rol spelen", aldus nog Dehou. "Mensen zijn daardoor misschien meer terughoudend om een dure adoptie aan te gaan."

Meest gelezen