Is er een lerarentekort?

Het is onderwijsweek op Radio 1, dus legt de Fact Check een controversieel scholenthema onder de loep. “Je vindt geen werk in het onderwijs? Ze hebben daar toch leerkrachten te kort?” Het is een vervelende vraag waar jonge werkzoekende leerkrachten vaak mee geconfronteerd worden. Getuigenissen van jongeren die niet aan een baan in het onderwijs geraken, vind je overal. Maar tegelijk wil de overheid leerkrachten langer aan het werk houden.

Werknemers uit de privé-sector moeten makkelijker de overstap naar het onderwijs kunnen maken want er is nood aan meer mensen voor de klas. Werkloze leerkrachten en toch een lerarentekort, hoe vallen deze twee met elkaar te rijmen?

Eerst even de cijfers. Uit de gegevens van het schooljaar 2013-2014 - ons bezorgd door de VDAB - blijkt dat het aantal werkzoekende leerkrachten sterk varieert van maand tot maand. Ook het aantal openstaande vacatures is niet constant. Tijdens het schooljaar 2013-2014 waren er tussen de 2.408 en 5.933 gediplomeerde leerkrachten op zoek naar een job. Hoeveel openstaande vacatures zijn er voor deze werkzoekende leerkrachten? Tussen de 250 en de 656.

Te weinig leerkrachten?

Wat blijkt? Het aantal beschikbare kandidaten ligt bijna tienmaal hoger dan het aantal vacatures. Volgens deze denkwijze zou er dus van een lerarentekort geen sprake kunnen zijn.

Toch zijn er signalen die wijzen op een tekort. “Bij het begin van het schooljaar is er meestal geen probleem, elke klas heeft een leerkracht”, zegt Rozemie Lommez, coördinator Onderwijstalent van de VDAB in de regio Antwerpen, “het is pas later op het jaar dat de problemen zich stellen. Leerkrachten worden ziek, worden zwanger of gaan in loopbaanonderbreking. Dan is het heel vaak bijzonder moeilijk om tijdig vervangers te vinden.”

“We moeten opletten”, zegt Ingrid Mertens, directeur van het directiecomité onderwijstalent bij VDAB Antwerpen, “vooral in het kleuter- en het lageronderwijs. Er zijn op dit moment net voldoende leerkrachten, maar we komen erg dicht in de buurt van een tekort.”

193 kandidaten per vacature in Limburg

Hoe vallen deze beweringen te rijmen met het overaanbod aan leerkrachten? Het is eenvoudig: niet elke regio, stad of gemeente heeft nood aan evenveel leerkrachten. “Antwerpen is bijvoorbeeld een erg jonge stad met veel geboortes”, zegt Rozemie Lommez. “Het is logisch dat deze regio meer nood zal hebben aan nieuwe leerkrachten in het basisonderwijs dan pakweg Limburg.”

De VDAB houdt voor elke regio het aantal beschikbare kandidaten per vacature bij. Dit noemt men de “spanningsratio”. Een spanningsratio van twee betekent dat er twee werkzoekenden zijn voor één vacature. Hoe lager die ratio, hoe moeilijker een school het heeft om geschikte kandidaten te vinden.

Wat blijkt? Oost-Vlaanderen, Antwerpen en Vlaams-Brabant ondervinden de grootste moeilijkheden om vacatures in het kleuter- en lageronderwijs ingevuld te krijgen. Limburg kampt met een bijzonder groot overaanbod aan beschikbare kandidaten. In het basisonderwijs zijn er maar liefst 45 kandidaten voor één vacature. In de eerste en tweede graad van het secundair onderwijs maar liefst 193.

Nog opvallend: het aantal kandidaten voor een vacature in de 1e en 2e graad van het secundair onderwijs ligt in alle provincies hoger dan voor een vacature in de 3e en 4e graad. De verklaring is niet ver te zoeken: “Enkel leerkrachten met een universitair masterdiploma mogen in deze graden lesgeven”, vertelt Rozemie Lommez, “maar met hun diploma kunnen ze vaak in de privésector aan betere financiële voorwaarden aan de slag. Leerkrachten met een professionele bachelor kunnen niet zo makkelijk overstappen naar de privé, zij hebben namelijk de uitdrukkelijke keuze gemaakt leerkracht te worden en zijn ook hiervoor specifiek opgeleid.”

Frans, Wiskunde en Nederlands

Een tweede element: niet elke leerkracht mag hetzelfde lessenpakket onderwijzen. Ook dit maakt deel uit van het probleem. De leerkrachtendatabank van de VDAB houdt de vraag en aanbod van het aantal leerkrachten per vak bij. Wat blijkt uit deze cijfers? De vraag naar leerkrachten Frans, wiskunde en Nederlands is een stuk groter is dan het aanbod. Dat geldt ook voor praktische of technische vakken als bijvoorbeeld huishoudkunde en hout.

16.900 tekort in 2022

Hoe ziet de toekomst eruit? Het aantal scholieren stijgt gestaag. In het schooljaar 2008-2009 waren er in totaal 1.116.510 inschrijvingen in het kleuter-, basis- en secundair onderwijs. Vorig schooljaar waren dat er 1.149.056. Dat is een stijging van 2,9 procent.

Een stijging van het aantal leerlingen leidt uiteraard ook tot een stijging van het aantal benodigde leerkrachten. Uit cijfers die voor ons opgesteld werden door het kabinet onderwijs, blijkt dat ook het aantal budgettair fulltime equivalenten - de optelsom van alle opdrachten van alle personeelsleden, inclusief vervangingen - er grotendeels op vooruit is gegaan.

Het aantal leerkrachten houdt dus gelijke tred met het stijgende aantal leerlingen. Maar prognoses over de nabije toekomst voorspellen weinig goeds - het tekort aan leerkrachten gaat zo goed als zeker toenemen.

“Het aantal leerlingen zal blijven stijgen”, zegt Ingrid Mertens, directeur van het directiecomité onderwijstalent bij VDAB, “we zullen dus steeds meer leerkrachten nodig hebben. Tegelijk weten we dat een grote groep leerkrachten binnenkort het beroep zal verlaten - hetzij wegens pensioen, hetzij om een andere carrière te beginnen. De instroom uit de lerarenopleidingen is niet groot genoeg om de stijgende nood in te vullen en de vertrekkende leerkrachten te vervangen.”

Een recent rapport van de Vlaamse Onderwijsraad levert de nodige cijfers bij wat Ingrid Mertens zegt. In 2022 zullen er 61.000 leerlingen meer in het basisonderwijs zitten dan in 2012. Om deze groei op te vangen zijn 8.685 leerkrachten extra nodig. In het secundair onderwijs zullen 5.838 leerkrachten extra nodig zijn.

Hoeveel leerkrachten zullen de komende jaren de job verlaten? De Onderwijsraad raamt het aantal uittredende 55-plussers in het basisonderwijs op 13.901 tegen 2022. Daarnaast zouden nog eens 4.450 jonge krachten in het basisonderwijs van job veranderen. In het secundair zouden er 20.822 55-plussers uittreden. Er zouden nog eens 5.940 jonge leerkrachten van job veranderen.

Samengevat: de Vlaamse Onderwijsraad rekent voor 2022 op een extra vraag van 27.036 nieuwe krachten in het basisonderwijs. Voor het secundair onderwijs raamt de Onderwijsraad het totaal aan nieuwe krachten op 32.600. Dit is een totaal van 59.636 nieuwe personeelsleden.

Kunnen die 59.636 plaatsen ingevuld worden? Neen. Op basis van projecties raamt de Onderwijsraad de instroom op 18.135 nieuwe personeelsleden voor het basisonderwijs. Dat is een tekort van 8.901 leerkrachten. In het secundair onderwijs komen er 24.601 nieuwe leerkrachten bij. Dat is een tekort van 7.999 leerkrachten. In totaal zullen er in 2022 in Vlaanderen 16.900 leerkrachten tekort zijn.

Conclusie?

Is er daadwerkelijk een lerarentekort? Niet als je naar de globale cijfers kijkt. Het aantal beschikbare kandidaten ligt ver boven het aantal vacatures. Maar zo eenvoudig is het niet.

Het aantal beschikbare kandidaten per vacature ligt in bepaalde regio’s bijzonder hoog, in andere bijzonder laag.

Bovendien mag niet elke leerkracht mag eender welk vak geven. De vraag naar leerkrachten Frans, wiskunde en Nederlands ligt veel hoger dan het aanbod.

Tot slot: het aantal scholieren zal blijven stijgen, dus zullen er steeds meer leerkrachten nodig zijn. Daar komt bij dat een grote groep 55-plussers en jonge leerkrachten binnenkort de job zal verlaten. Indien niet ingegrepen wordt, kampt Vlaanderen tegen 2022 met een tekort van 16.900 leerkrachten.

Meest gelezen