Public Domain, from the British Library's collections, 2013

21 tot 27 september 1916: luchtaanvallen overal

Op verschillende plaatsen zijn opnieuw luchtaanvallen uitgevoerd. De streek van Londen is opnieuw getroffen, net als de Roemeense hoofdstad Boekarest, de Krupp-fabrieken in het Duitse Essen en Brussel.

In de nacht van 23 op 24 september bombardeerden vier super-zeppelins van de Duitse marine de streek van Londen. Ze wierpen tonnen bommen af, die verscheidene doden veroorzaakten.

Twee zeppelins overleefden de aanval niet. Een ervan, de L-32 werd door een Brits vliegtuig beschoten, vloog in brand en stortte neer. De hele bemanning kwam om.

De L-33 werd getroffen door luchtafweer en verloor gas. Omdat terugkeer uitgesloten was, landde het luchtschip op het platteland van Essex. De bemanningsleden waren ongedeerd. Ze werden zonder tegenstand gearresteerd door een lokale agent toen ze langs de weg stapten.

De L-33 is na de landing door de bemanning in brand gestoken, maar de schade is beperkt. Het is de eerste zeppelin die in vrij goede staat in geallieerde handen valt. De Britten gaan het geduchte Duitse wapen intens bestuderen.

Het wrak van de L 32.

Ook op 24 september bombardeerde een zeppelin de Roemeense hoofdstad Boekarest.

Dezelfde dag wierpen twee Franse vliegtuigen enkele bommen uit op de Krupp-fabrieken in Essen. De schade was zeer gering maar het is de eerste keer dat de beruchte kanonnenproducent Krupp uit de lucht wordt aangevallen.

Twee dagen later volgde een raid van zeppelin L-31 op Portsmouth, een Engelse havenstad die tot dan nooit was aangevallen. Doordat het luchtschip verblind werd door zoeklichten, vielen de bommen naast het doel, de marine-scheepswerven.

Op 27 september voerden twee Britse vliegtuigen een dodelijk bombardement op Brussel uit. Doelwit waren hangars op het militair terrein in Etterbeek.

De bommen maakten slachtoffers bij de burgerbevolking, maar in andere delen van de stad werden ook mensen getroffen door granaten van het Duitse luchtafweergeschut.

Zicht op een productiehal van Krupp in Essen, en foto's van het Franse duo dat de aanval uitvoerde, links luitenant Daucourt, rechts kapitein de Beauchamps

Turks garnizoen capituleert voor Arabieren

Na een beleg van drie maanden heeft het Turkse garnizoen van de stad Taif zich overgegeven aan de Arabische opstandelingen.

Taif ligt zowat honderd kilometer ten zuidoosten van Mekka en was de voornaamste Turkse vesting op het Arabische schiereiland.

Kort nadat de Arabische opstand in Mekka was begonnen, rukten nog geen honderd Arabieren op naar Taif. Ze werden aangevoerd door emir Abdoellah, een zoon van sjarif Hoessein van Mekka, de leider van de opstand.

Hun aantal was te klein om het Turkse garnizoen te bedreigen, maar werd snel aangevuld door Arabische vrijwilligers. Uiteindelijk waren er meer dan 3.000 belegeraars voor 2.000 belegerden.

Arabische opstandelingen in de woestijn

De Britten hielpen de opstandelingen met artillerie bemand door Egyptische kanonniers. Dat gaf in het beleg de doorslag.

Onder de gevangen Turken bevindt zich de Ottomaanse gouverneur van de Hidjaz (de westelijke kant van het schiereiland), Ghalib Pasja. Hij zei tegen Abdoellah: “Dit is een grote ramp… We waren broeders en nu zijn we vijanden… Ik wist dat het Arabische volk zich op een dag van ons zou afscheiden, maar ik had nooit gedacht dat het zo vlug zou gebeuren.”

Abdoellah nodigde Ghalib Pasja daarop uit met hem te dineren.

Roemeense opmars in Transsylvanië

De Roemenen slagen er in verder door te dringen in Transsylvanië.

Dit Hongaarse gebied (waar overwegend Roemenen wonen) ligt als het ware in een tang tussen de Karpaten, die de grens met Roemenië vormen.

Het Eerste Roemeense Leger wist met relatief succes vanuit het zuiden door te stoten. Een deel ervan is er in geslaagd bij de Vulcan-pas de Oostenrijks-Hongaarse troepen terug te dringen en rukt nu op in de richting van de mijnstad Petroszeny (Petroșani).

Het kan op termijn Temesvár (Timișoara) bedreigen, waarna de weg naar Boedapest open is.

Foto's van het Roemeense leger in Transsylvanië

Het Tweede Leger rukt op vanuit het oosten van Transsylvanië. Het vordert maar langzaam, vanwege het slechte terrein. Bovendien staan de niet-Roemeense bevolkingsgroepen (Hongaren en Duitsers) erg vijandig tegenover de indringers.

De aanwezige Oostenrijks-Hongaarse legers zijn niet talrijk genoeg om de Roemenen tegen te houden. Het valt te betwijfelen of er snel troepen van andere fronten kunnen worden gehaald.

Verschillende types Roemeense militairen, tekening gepubliceerd in het Duitse Illustrierte Zeitung, september 1916

Klokken voor wapens

In verschillende Oostenrijkse plaatsen geven kerkgemeenschappen hun klokken op, om te ze te laten omsmelten tot kanonnen.

Deze week heeft de Evangelische kerk van het stadje Villach afscheid genomen van haar klokken (foto Bildarchiv Austria).

Geen patisserie meer in bezet België

Het Nationaal Hulp- en Voedingskomiteit levert vanaf 27 september geen meel meer aan banketbakkerijen.

Het comité - dat voedsel verdeelt dat uit de Verenigde Staten wordt ingevoerd - wil dat tarwemeel alleen nog gebruikt wordt voor het bakken van brood, niet voor taart en gebak. Er is nu al onvoldoende tarwemeel.

Voor de patissiers is het een ramp. Ze kunnen alleen nog pralines en suikerwaren verkopen. Op de zwarte markt is nog meel te verkrijgen, maar dan zouden ze hun prijzen wel eens heel erg moeten opdrijven. Velen zullen moeten sluiten.

Aanschuiven voor witbrood bij een Brusselse bakkerij (Stadsarchief Brussel)

De meeste mensen staan gunstig tegenover de maatregel. In deze moeilijke tijden, waarin velen honger lijden, worden patisserieën alleen nog gefrequenteerd door chique dames en anderen die het zich kunnen permitteren, niet in het minst Duitse officieren.

Bovendien was bekend dat sommige bakkers een deel van hun rantsoen aan meel met minderwaardige producten vermengden om er vies, onverteerbaar brood mee te bakken. De rest verkochten ze door aan de patissiers.

Het wegen van baby's en peuters. Onder impuls van het Nationaal Hulp- en Voedingskomiteit worden op de meeste plaatsen in het bezette land tegenwoordig consultaties gehouden voor jonge moeders.

Onder andere wordt zo de gewichtsontwikkeling van baby's en peuters opgevolgd. Jonge moeders krijgen ook extra voedsel, onder andere melk (locatie onbekend, collectie Koninklijk Paleis).

Meest gelezen