9 tot 15-12-1915: Belgische munitiefabriek ontploft

In de Franse havenstad Le Havre is een munitiefabriek van het Belgische leger ontploft. De aarde beefde tot 90 kilometer verder en er vielen 109 doden.

De explosie gebeurde op het terrein van een oude fabriek in het stadsdeel Graville - Sainte-Honorine, waar munitie voor de Belgische artillerie wordt gemaakt. Ze maakt deel uit van de vele Belgische vestigingen in en rond Le Havre.

Liefst 220 ton explosieven is de lucht ingegaan. De explosie was dan ook ongelooflijk zwaar. De aarde beefde tot in Rouen, 90 km verder. Van de installaties van de fabriek - 24.000 m² - is niets meer over.

Foto genomen vanuit het centrum van Le Havre, kort na de ontploffing. Beginfoto: Schade in het naburige Harfleur, een wijk van Le Havre.

Officieel zijn 109 mensen omgekomen. Op één na zijn het allen Belgische militairen die er werkten. De meesten werden geïdentificeerd aan het identiteitsplaatje dat elke militair draagt, want de lichamen waren vaak totaal onherkenbaar.

In de ziekenhuizen liggen meer dan 1500 gewonden. Er is schade gerapporteerd op plaatsen tot 50 kilometer ver, waaronder de steden Fécamp en Lisieux. In Le Havre zelf is er niet één gebouw onbeschadigd gebleven.

Plechtigheid in Le Havre voor de slachtoffers van de ramp (collectie Archives Municipales du Havre ).

Er blijkt in de streek geen glas genoeg te zijn om alle vernielde ruiten te vervangen. Groot-Brittannië zou daarom extra glas aanbieden.

Door de totale verwoesting lijkt het onbegonnen werk om de oorzaak van de ramp te vinden. Waarschijnlijk gaat het om een technische fout.

Een atelier in de Belgische munitiefabriek, na de heropbouw

Brits opperbevelhebber neemt ontslag

Generaal Sir Douglas Haig wordt de nieuwe opperbevelhebber van de Britse strijdkrachten aan het westelijk front (de British Expediitionary Force of BEF). Hij volgt veldmaarschalk Sir John French op.

Het ontslag van French, die al sinds het begin van de oorlog het bevel over de BEF voerde, hing al maanden in de lucht. Zowel van Britse als van Franse zijde kwamen bakken kritiek op hem neer.

Men verweet hem zijn bijna belachelijk optimisme over het verloop van de oorlog en zijn onwil om met de Fransen samen te werken. Bovendien lag hij voortdurend overhoop met andere generaals en met de minister van Oorlog.

Links sir John French, rechts sir Douglas Haig (The Illustrated War News, 22 december 1915).

Sir John staat bekend als een joviaal man en heeft goede relaties in de hoogste Britse kringen. Maar hij kon geen resultaten boeken. Na het recente offensief bij Loos leek zijn vertrek onvermijdelijk.

Officieel vroeg French zelf zijn ontslag, maar het is duidelijk dat de regering en zelfs de koning druk op hem hebben uitgeoefend. Hij zou ter compensatie de nieuwe post krijgen van opperbevelhebber van de binnenlandse strijdkrachten.

Generaal Haig, die hem opvolgt, was tot nu toe zijn adjunct en tegelijk een van zijn grootste critici. Deze zoon van een fabrikant van Schotse whisky heeft naam gemaakt door de keiharde wijze waarop hij vorig jaar Ieper verdedigde tegen felle Duitse aanvallen.

Joffre opperbevelhebber van alle Franse legers

Generaal Joseph Joffre is voortaan “opperbevelhebber van alle Franse legers” .

Tot nu toe had Joffre alleen het opperbevel over de legers aan het westelijk front. Nu krijgt hij ook het gezag over de Franse troepen in het buitenland, zoals in Saloniki.

Een decreet van de Franse president Poincaré in die zin heeft de instemming van de Franse Kamer gekregen. Weliswaar na zware discussies.

Deze benoeming dient Joffres positie versterken nu zijn voormalige chef generaal Galliéni minister van Oorlog is. Een generaal als minister, zo vreest hij, zou zijn eigen “bewegingsvrijheid” inkrimpen.

Links Joffre, de "Franse haan die de Duitse adelaar" bedwingt, rechts Galiéni

Hoewel ze altijd goed met elkaar konden omgaan, is het tot spanningen gekomen tussen Joffre en Galliéni. Beide generaals hebben elkaar nu in aanwezigheid van premier Briand de hand geschud.

Wel zal de opperbevelhebber voortaan worden bijgestaan door een chef van de generale staf, een functie die Joffre vroeger zelf bekleedde. Deze job is voor generaal Edouard de Castelnau, met wie Joffre het wel kan vinden.

Deze benoeming lijkt een geste aan het adres van de “rechtse”, adellijke Franse generaals, die de voorbije jaren door de republikeinse regeringen aan de kant waren geschoten.

Joffre (vooraan) tijdens een inspectie van het front in de Elzas (Le Miroir, 5 december 1915, BnF Gallica).

Castelnau is een edelman en een conservatieve, diepgelovige katholiek (men noemt hem “de gelaarsde kapucijn”), terwijl Joffre en Galliéni vrijzinnige republikeinen zijn van eenvoudige afkomst.

Dit alles zal de kritiek op generalissimus Joffre niet doen stoppen. Sinds de oorlog begon hebben de Fransen meer dan een half miljoen man verloren. De door hem geleide offensieven hebben de situatie niet verbeterd. Maar Joffre blijft erbij dat die offensieven de enige juiste keuze vormen.

Joffre en Galiéni samen op een postkaart gemaakt naar aanleiding van een grote legeroefening in 1912

Duits-Amerikaans diplomatiek incident

Duitsland roept twee leden van de Duitse ambassade in Washington terug. De Amerikaanse regering heeft hun vertrek geëist.

Het gaat om de Duitse militaire attaché, kapitein Franz von Papen, en de marineattaché, kapitein-ter-zee Karl Boy-Ed. Beiden zouden de neutraliteit van de Verenigde Staten geschonden hebben.

Eerder verschenen in de Amerikaanse pers onthullingen over spionage- en sabotage-activiteiten van de Duitse diplomaten.

Links von Papen, rechts kapitein Boy-Ed. The Illustrated War News, 8 december 1915.

Zo zouden ze vakbonden hebben aangezet om stakingen te organiseren in bedrijven die strategische goederen aan de Geallieerden leveren.

Met geheime fondsen was een spookfirma opgezet, bij wie de Geallieerden munitie bestelden, die nooit geleverd werden, behalve dan granaten die niet bleken te werken. Het bedrijf kocht ook massaal grondstoffen op die voor de Geallieerden nuttig zouden zijn.

Er zouden ook grote sommen zijn uitgegeven voor het publiceren van krantenartikelen en zelfs voor het maken van films met een pro-Duitse boodschap.

Tekening uit The New York Tribune, 8 december 1915.

Naschrift: Veel later, in 1932, zou Franz von Papen rijkskanselier van Duitsland zijn gedurende enkele maanden. Hij regeerde zeer autoritair en bereidde de weg voor Adolf Hitler, die het jaar daarop zelf kanselier zou worden, met von Papen als vicekanselier.

Op dat moment werd von Papen in de VS nog altijd beschuldigd van medeplichtigheid aan een zware bomaanslag op een munitiedepot in de haven van New York in 1916.

Zweeds-Brits conflict

De Zweedse posterijen hebben van hun regering opdracht gekregen om alle poststukken, die uit Groot-Brittannië komen, niet verder door te zenden.

De maatregel komt er nadat de Britse regering besliste om alle voor Zweden bestemde pakjes die via Groot-Brittannië uit de Verenigde Staten komen, tegen te houden.

De Britten wilden hierdoor beletten dat sommige pakjes verder naar Duitsland worden gestuurd. Voor Zweden is dit onaanvaardbaar.

Zweden is tot nu toe strikt neutraal geweest. Er heerst wel een anti-Russische gezindheid en de Duitse invloed is er groot.

Ook in Nederland zorgt de Britse kontrole op poststukken voor ergernis (De Amsterdammer, 19-12-1915).

Oorlogskruis voor jonge vrouw uit Loos

In Frankrijk heeft Emillienne Moreaux, een jonge vrouw van amper 17, het "Croix de Guerre", het Oorlogskruis gekregen. Tijdens het laatste Britse offensief in Artesië, heeft de mijnwerkersdochter de Britse troepen geholpen bij de herovering van haar dorp, Loos-en-Gohelle.

Emillienne heeft de Britten informatie gegeven over de Duitse posities en in haar huis een medische post opgericht. Zij zou ook zelf 4 Duitse soldaten hebben gedood.

(Naschrift: tijdens de Tweede Wereldoorlog was Emillienne actief in het verzet)

Opnieuw executies in bezet België

Meest gelezen