7 tot 13 januari 1915: duizenden doden bij aardbeving in Italië, nieuwe Franse aanval wordt flop
Een zware aardbeving in Centraal-Italië eist een hoge dodentol, en nieuw Frans offensief bij Soissons loopt op niets uit.
De provincie L’Aquila in Centraal-Italië is op 13 januari getroffen door een zeer zware aardbeving. Het stadje Avezzano en de dorpen er rond zijn volledig verwoest. Ook de provinciehoofdstad L’Aquila, is zwaar getroffen. De schok was te voelen tot in Rome, meer dan 100 kilometer verder.
De dodentol wordt op 30.000 geschat. Omwille van de oorlog heeft de regering beslist geen buitenlandse hulp te aanvaarden. Er is een grote nationale hulpoperatie opgezet.
Franse aanval brengt niets op
Terwijl het offensief in Champagne voortduurt, heeft het Franse leger een nieuwe aanval ingezet aan de noordkant van de stad Soissons. Het was de bedoeling om het front aan de Aisne, dat al sinds september vastzit, en volgens sommigen gevaarlijk dicht bij Parijs ligt, te doorbreken. In de eerste plaats moesten posities ten noorden van de rivier worden ingenomen, waardoor de weg naar Laon zou vrijkomen
De Fransen gebruikten nieuwe tuigen om prikkeldraadversperringen op afstand te vernietigen, zoals wagentjes die een bom vervoeren. Toch werd de aanval, die op 8 januari begon, geen succes. Een poging om het dorp Crouy aan de overzijde van de Aisne te veroveren, mislukte.
Na vier dagen begonnen de Duitsers een tegenaanval en de dag daarop bliezen de Fransen de aftocht. Zo’n 5.000 onder hen konden zich niet tijdig terugtrekken. Als ze niet gesneuveld zijn, werden ze krijgsgevangen gemaakt.
Propagandaslag rond Soissons
Rond het offensief bij Soissons voeren Duitsers en Fransen een felle propaganda-strijd. Het foutgelopen offensief van Joffre is een totale mislukking, volgens het Duitse Kladderadatsch, het Franse leger is er een van zuigelingen (10 en 31-1-1915).
Volgens het ook Duitse Simplicissimus weet de Franse legertop niet meer wat te doen: "zijn wij in de aanval, het defensief of nog iets anders?" (2-02-1915).
De Franse media zetten vooral het goede nieuws aan hun kant in de verf, zoals deze zege in de luchtoorlog. Twee Franse piloten zitten op de vleugel van een Duits vliegtuig dat zij op 10 januari 1915 in de buurt van Amiens met enkele kogelschoten hebben gedwongen tot landen. In het midden het hoofd van de Duitse observator die is omgekomen. De gewonde Duitse piloot is krijgsgevangen genomen (Illustration, 23-01-1915).
En het tijdschrift Le Miroir zet een ongewone stap - ongetwijfeld geïnspireerd door de Franse generale staf- en publiceert een kaart die het Duitse tegenoffensief "tot zijn ware proporties moet herleiden": de Duitsers hebben tussen 8 en 14 januari vooruitgang geboekt, maar veel stelt het niet voor (31-01-1915).
De twee foto's hierboven tonen (waarschijnlijk) hetzelfde kerkhof en vertellen hetzelfde verhaal: als het moet graaft men zelf tussen de doden loopgraven. Maar volgens de eerste foto, gemaakt op 15/16 januari in de buurt van Soissons, gepubliceerd in "Der Grosse Krieg im Bilder 1915" , is dit een Franse loopgraaf.
Volgens het Franse Le Miroir (28-02-1915) zijn het de Duitsers die "respectloos omgaan met de doden".
En volgens het Duitse Simplicissimus is dit "de manier waarop de gecultiveerde Fransen omgaan met Duitse krijgsgevangenen" (2-02-1915).
Turken vallen Perzië binnen
Als gevolg van de oorlog in de Kaukasus is het Turkse leger Perzië (Iran) binnengevallen en hebben er de stad Tabriz bezet. Het Perzische Rijk is neutraal in dit wereldconflict, maar de Russen hadden al voor de oorlog de noordoostelijke streek rond Tabriz bezet. Die Russische troepen zijn nu teruggedreven.
De Turkse inval is gewaagd, na de zware verliezen bij Sarikamis. De Turken hopen dat de talrijke Koerden in de streek hun kant kiezen. De Koerden zijn net als zij soennitische moslims en worden overheerst door de sji’itische Perzen.
